zondag 22 november 2009

Hoofdstuk 69: Verdriet om Taco

La Oratava, 20 maart 1974


Lieve allemaal,

Wij hebben een vervelende en droevige tijd achter de rug, Taco is dood!
We merkten al een tijdje dat het beestje lusteloos was, hij at steeds minder en tenslotte ging het lopen hem ook steeds slechter af. Toen wij begrepen dat het niet om een ziekte van voorbijgaande aard was zijn Fieke en ik naar de dierenarts gereden. Taco was zo zwak dat we hem in een kartonnen doos op een dekentje hebben vervoerd. De dierenarts constateerde, en daar waren al bang voor, dat het om de hondenziekte ging. Hij vertelde ons, althans aan Fieke want ik verstond er geen bal van, dat de kans op genezing nihil was en dat er maar één oplossing was en wel de spuit! Hij vroeg waar het hondje vandaan kwam en toen Fieke hem vertelde dat Taco uit een kennel kwam en ook papieren had dat hij tegen hondenziekte was ingeënt, keek hij alleen maar bedenkelijk. Hij zei het niet met zoveel woorden, maar het kwam er op neer dat de kennel niet zo goed bekend staat en ze het ook niet zo nauw nemen met een en ander, met andere woorden, er wordt daar met papieren geknoeid!
Maar op dat moment was het natuurlijk niet onze grootste zorg, wel het moment dat de arts een injectienaald in Taco liet verdwijnen en dat terwijl dat lieve beest ons zó hulpeloos en treurig aankeek. Daarna konden wij, maar niet voordat er betaald moest worden, met de doos en onze verdoofde Taco naar de auto. Fieke had de doos op haar schoot en ze voelde de laatste stuiptrekkingen van onze Snuffeltje. Ik zeg het zonder schroom, we zaten te janken als kleine kinderen.
Thuisgekomen hebben wij op het braakliggende terrein voor ons huis een gat gegraven en Taco met doos en al begraven. En toen kwam er nog zo’n vervelend moment en dat was Rimsky’s thuiskomst uit school. Het eerste wat hij vroeg was natuurlijk hoe en waar Snuffeltje, zoals wij Taco meestal noemden, was. Fieke vertelde hem dat hij zo ziek was en nu in de hemel was. ”Oh,” zei hij, ”dan is hij nu bij Jezus!” Ja, de katholieke school doet zijn werk goed. Maar ’s middags had hij, samen met zijn Spaanse vriendinnetjes het graf op het landje ontdekt en had het weer uitgegraven! Kwaad kwam hij naar binnen stormen om Fieke te beschuldigen dat ze had gelogen want Snuffeltje was helemaal niet in de hemel maar lag nog gewoon in een doos! Hoe leg je zoiets uit aan een kind?
Wij hebben alles weer netjes ingegraven en langzamerhand is Rimsky het voorval vergeten. Ook het feit dat we verhuisplannen hebben werkte daar aan mee. Gisteren ontvingen wij een brief van Fieke haar ouders en daarin vertelden ze ons dat ze in april naar Tenerife willen komen om ons te bezoeken. Fieke was blij verrast en verheugt zich enorm. Fijn voor haar dat ze eindelijk haar ouders op bezoek krijgt. Alleen, ons huis in La Oratava zullen ze niet meer zien omdat wij net besloten hebben om in Puerto de la Cruz te gaan wonen. We kregen een tip van een iemand die Fieke goed kent dat er een mooi huis te huur was, groot genoeg om in te wonen en zelfs om de zaak er in te huisvesten. Wij hadden het er al over gehad om het huis boven ons maar op te geven, want het kost een hoop geld en ik kan het uit de studio-opbrengsten voorlopig niet bekostigen. Ook de samenwerking met Didier (onze lachende huisgeit) is beëindigd. Elke opdracht die hij moest uitvoeren moest ik overmaken en buiten het feit dat het veel tijd kostte begon het ook behoorlijk duur te worden, grafische materialen zijn nou eenmaal niet goedkoop. Verder had ik het idee dat Didier niet begreep waar hij mee bezig was. Dus hebben wij een serieus gesprek gevoerd en heb ik hem meteen verteld dat wij gingen verhuizen en voor hem daar geen plaats was. Wel zijn wij als goede vrienden uit elkaar gegaan, maar ik had wel medelijden met hem, hij vond het hier veel prettiger dan bij de cerámica van Vincente.
Inmiddels is Theo hier ook al een paar keer geweest en we hebben elkaar maar weer de hand geschud. Tenslotte hebben wij door Donde y Que veel met elkaar te maken. Hij brengt kopij en advertentiemateriaal en ik moet het dan op de composer zetten en de advertenties maken. Verder gaan we weer samen naar onze drukker Maype in Santa Cruz en op de terugweg hebben wij dan gewoontegetrouw een kleine pauze in een restaurant even voorbij het vliegveld van Los Rodeos. ’Los Limones’, zoals die zaak heet, heeft de heerlijkste tapas waarvan wij de pulpo (inktvis) het lekkerste vinden. Hoe ze het maken weet ik niet, maar er zitten kleine stukjes paprika, tomaat, olijven en natuurlijk inktvis in een zoetzure heldere olie/azijnsaus. We zijn er bijna niet weg te slaan. Nee, Theo vindt het maar niks dat de hele studio nu bij mij zit, maar belangrijker, hij begint er aan te wennen dat voor elke opdracht nu meteen afgerekend moet worden. Boter bij de vis, trouwens hier op Tenerife de normaalste zaak van de wereld!
Fieke werkt nu grotendeels voor de cerámica van Vincente, ze is helemaal vrij en kan doen en laten wat ze wil. Ideaal omdat ze haar tijden kan aanpassen naar de schooltijden van Rims.
En dan nu ons nieuwe huis. Het ligt aan een steile weg omhoog, een vrijstaande woning. Groot parkeerplaats voor ons en de buren, een trapje leidt tussen de bouganville naar de voordeur. In de hal een grote marmeren trap naar boven. Boven is een grote woonkamer en een keuken plus een grote ruimte met een toilet. Hier komt mijn werkruimte, de toilet wordt de donkere kamer. De woonkamer heeft een groot zonneterras. Aan de andere kant staan meters hoge ficusbomen. Beneden heb je zowel rechts als links van de trap slaapvertrekken, beide voorzien van eigen bad en toilet. Het geheel is volledig gemeubileerd en de keuken is compleet. Een heel apart huis, een soort kubusvorm waarbij de eerste verdieping rondom glazen wanden heeft voor een magnifiek uitzicht, af te sluiten met gordijnen. Moeilijk te vertellen, je moet het maar zelf komen bekijken.

Tot zover deze brief, ik wens jullie het allerbeste en ontvang een dikke kus van ons allen.

Rimsky

P.S. Het adres wordt vanaf 1 april Calle Belgica – Palillo 8 – Puerto de la Cruz - Tenerife

donderdag 12 november 2009

Hoofdstuk 68: Een nieuwe start

La Oratava, 8 maart 1974

Lieve allemaal,

Het huis boven ons hebben wij nu in gebruik genomen en de woonkamer doet nu dienst als studio annex ontvangkamer voor onze klanten. Natuurlijk verwacht ik niemand, klanten komen hier nooit over de vloer. De keuken heb ik omgetoverd als donkere kamer, mooier kon het niet, alles is bij de hand zoals een grote aanrecht met water en electra. Ik heb een vergrotingskoker aangeschaft voor de donkere kamer die ik nodig heb om de getypte teksten op de composer om te zetten op lithofilm en/of printjes te maken voor mijn werk.
Sinds kort heb ik ook een hulpje die in de donkere kamer werkt, Didier genaamd. Didier is een Franse jongen en een vriend van Caty, de verkoopster in Vincente z’n cerámicawinkel. Didier zat zich te pletter te vervelen en liep iedereen voor de voeten zodat Vincente mij wanhopig vroeg of het misschien een baantje voor hem was. De communicatie tussen Didier en mij verloopt moeizaam, hij spreekt Spaans met een Frans accent, voor mij onverstaanbaar en ik Spaans met een Hollands accent, voor hem onverstaanbaar. Dus hebben wij besloten om met elkaar Engels te praten. Zo goed en zo kwaad als mogelijk heb ik hem uitgelegd hoe een en ander werkt en waarvoor het dient. Naar mijn idee begrijpt hij er geen laars van en meestal moet ik het dan zelf weer over doen. Maar, hoe gek het ook klinkt, we hebben toch wel samen pret. Erg jammer dat Edward niet samen met mij wilde werken, maar even goede vrienden hoor. Ik kan mij wel voorstellen dat hij 4x per dag de afstand La Matanza/La Orotava te ver vond, zeker nu er niet zoveel werk is.
Ook Bob, onze goede vriend en voormalige staljongen stond weer plotseling voor onze neus. Of we hem alsjeblieft konden helpen, hij was volkomen berooid en had geen onderdak. Tijdens een nachtelijke overnachting op het strand (nou ja, als je een hoop rotsblokken een strand wilt noemen) is hij door een paar Spanjaarden gemolesteerd en hoewel hij zo sterk is als een beer, waren drie potige jongens iets teveel voor hem. Die jongens zullen dit pijnlijke avontuur waarschijnlijk niet snel vergeten, maar toch zag Bob er ook behoorlijk gehavend uit en we hebben hem dus maar onderdak aangeboden, maar wel met de mededeling dat hij zo snel als mogelijk iets anders moest zoeken. We hebben boven natuurlijk ook twee slaapkamers en een badkamer, maar we willen toch vrij zijn. Ik heb hem de tip gegeven om maar eens naar Theo en Helen te gaan omdat naast de studio van Edward nóg zo een ruimte leeg stond. Dat heeft hij gedaan en Helen, die kennelijk weer uit Holland teruggekeerd is, heeft meteen van zijn verzoek gebruik gemaakt en hem die ruimte toegezegd inclusief maaltijden als hij dan wel, in plaats van huur, allerlei karweitjes in en om het huis zou verrichten. En dat is natuurlijk een mooi voorstel waar hij meteen gebruik van maakte. En zo zijn we weer helemaal op onszelf!

Vincente nodigde ons enige tijd geleden uit voor een etentje bij Pablo en tijdens het eten nam het gesprek een merkwaardige wending, het ging plotseling over abortus. Hoe moeilijk dit onderwerp in Spanje lag en het nog steeds een schande was als een vrouw zwanger was zonder getrouwd te zijn en het zelfs nog gebeurde dat zo’n vrouw uit de familie werd verstoten. Kortom, om een lang verhaal kort te maken, hij vertelde verder dat het zijn vorige verkoopster in de cerámica was overkomen en of Fieke eventueel bereid was om, op zijn kosten, naar Holland te reizen om zijn voormalige medewerkster een abortus te laten ondergaan. Nou, wij begrepen meteen dat je niet zoveel kosten gaat maken om een medewerkster uit je winkel te laten behandelen en dat hij zich kennelijk schuldig voelde, temeer ook omdat Vincente een vrouw en kinderen heeft en zich als zakenman geen schandaal kan veroorloven.
Fieke heeft toen ingestemd om, nu het nog kon, naar Nederland te reizen en in het Bloemenhovekliniek in Heemstede Milagros, zoals zijn voormalige verkoopster heette, te laten helpen. Het moest allemaal zo snel mogelijk en niemand mocht er uiteraard lucht van krijgen. Milagros, die ook in de buurt van Malaga woont, is met een smoes dat ze voor een paar dagen weer naar Tenerife zou gaan om in de winkel te helpen vanaf hier met Fieke naar Nederland afgereisd en alles is voorspoedig en snel gegaan. Ze hebben beiden bij Roos en Hans in Culemborg overnacht en vier dagen later zijn ze weer op Tenerife aangekomen. Tja, het was, volgens Fieke, geen prettige reis, Milagros was, wellicht door de omstandigheden, zeurderig en dus niet het meest gezellige gezelschap. Voor Fieke was het hoofdzakelijk veel reizen en nog véél meer wachten. Hoogst vermoeid en dolblij is ze weer terug op haar honk teruggekeerd.

Zo, tot zover deze brief, ik wens jullie, ook namens Fieke en Rimsje en Snuffeltje (die lusteloos en een beetje ziek is) het allerliefste en van ons allemaal een smakkert.

Rimsky

donderdag 1 oktober 2009

Hoofdstuk 67: Donkere wolken pakken zich samen

La Oratava, 12 februari 1974

Lieve allemaal,

Vervelende ontwikkelingen hebben zich een paar dagen geleden voorgedaan tussen Theo en mij. Omdat ik elke keer weer werd geconfronteerd met vragen van Edward en Dennis, de zoon van Helen, waarom er niet voor alle werkzaamheden die ze voor ons verrichten op tijd werd betaald kon ik ze niet anders vertellen dan dat ze bij Theo, die de boekhouding voert, moesten zijn. En als ik daarover met Theo begon dan zei hij ’dat alles dik voor mekaar kwam’ en daar geloofde ik dan maar in.
Bij de start van onze samenwerking heb ik Theo gevraagd om mijn deel van onze inkomsten op de bank te laten staan en pas uit te betalen als ik er om zou vragen. Als een soort appeltje voor de dorst! Gealarmeerd echter door de vragen van Edward en Dennis vroeg ik aan Theo hoe het eigenlijk zat met mijn geld en of dat nog steeds veilig op onze rekening stond. Hoe naïef kan iemand zijn..?
Na veel gedraai merkte ik dat Theo vrij nerveus werd en mij uiteindelijk, schouderophalend verklapte dat er helemaal niets meer op de bank stond... Ik stond perplex, waar was dat geld dan in vredesnaam gebleven? En waarom wist ik er niets van?
En vreemd genoeg was Helen ook weer eens net naar Holland afgereisd. Had het misschien iets met de financiën te maken? Voelde ze nattigheid? Kortom, ik vroeg hem om mij de complete boekhouding te overhandigen en vertelde hem erbij dat ik alles, post voor post zou nakijken. Dat hij niets had overgehouden van al het werk wat we hadden gemaakt, oké, maar dat hij ook aan mijn geld had gezeten zonder mij op de hoogte te stellen nam ik hem hoogst kwalijk. ’Pure diefstal’ wreef ik hem nog onder zijn neus.
Ik heb Edward ook meteen gewaarschuwd dat er geen geld meer was om hem en Dennis uit te betalen en dat hij zich moest beraden of hij zo verder wilde gaan.

Thuis hebben Fieke en ik de hele boekhouding doorgespit en uiteindelijk zijn we tot de conclusie gekomen dat er gewoon geld was verdwenen wat niet kon worden verantwoord. Feit was dat de huur van onze studio wél maandelijks trouw aan Helen werd betaald. Ook de huurkoop van onze tekstcomposer was op tijd betaald. Het door Fieke en mij voorgeschoten bedrag voor de papierinkoop van Donde y Que, die hij keurig had terugbetaald, bleek uiteindelijk terugbetaald van ons eigen geld!!!
Omdat ik nu het gevoel had dat elke pennestreek die ik op papier zou zetten ’liefdewerk oud papier’ zou blijken te zijn ben ik ook niet meer naar La Mantanza gereden en wachtte af wat Theo zou gaan doen. Niets dus!
Inmiddels had Fieke bij onze verhuurder geïnformeerd of het huis boven ons ook gehuurd kon worden als werkruimte voor mij en eventueel voor Edward. Nou, dat was geen enkel probleem en we konden er zo intrekken. Helemaal gemeubileerd, met alles er op en er aan. Dat konden wij nu ook wat makkelijker doen omdat Fieke een vast contract heeft gekregen van Vincente om voor hem te werken als public relationmedewerkster. Dit houdt in dat ze contact onderhoudt met alle hotels in Puerto de la Cruz om de door ons gedrukte folders door de receptie aan de hotelgasten uit te reiken. Uiteraard met de bedoeling dat ze naar de winkel komen.


Theo had nog steeds niets van zich laten horen en dus ben ik na een paar dagen zelf naar La Mantanza gereden en al gauw bleek dat Theo ziek op bed lag. Griep, zei hij zelf! Aan zijn bed heb ik hem verteld dat ik aan de samenwerking een einde maakte en verder op eigen kracht zou gaan werken. Als hij van mijn diensten gebruik wilde maken dan kon dat, maar wel ’boter bij de vis!’ Verder vertelde ik hem dat ik de helft van onze spullen mee ging nemen waarbij ik alles wat hij netjes zelf had gemaakt zou laten staan en mij ging ontfermen over de tekenmaterialen plus de tekstcomposer. De teksten voor Donde y Que kon hij dan voortaan bij mij laten zetten.
Maar met het blad als zodanig wilde ik verder niets meer te maken hebben, dus zou hij het papier nu zelf moeten voorschieten. Verder waarschuwde ik hem dat ik de litho’s van de plattegrond van Puerto de la Cruz terug wilde hebben, tenslotte had ik er een hoop werk aan gehad en er uiteindelijk niets voor betaald gekregen. Kon hij misschien zelf een nieuwe plattegrond maken! Ook maakte ik hem duidelijk dat hij de naam ’Taurus’ niet meer mocht gebruiken.
Hij liet alles gelaten over zich heen gaan, maar hij wist toen nog niet dat als hij de studio binnenging zou ontdekken dat behalve een paar spaanplaten (die hij had gebruikt voor onze bureau’s en tekentafels) en wat stoelen bitter weinig was overgebleven!
Met Edward heb ik nog een gesprek gehad om bij mij in te trekken en verder met mij samen te werken, maar tot mijn stomme verbazing bleef hij liever in La Mantanza. Ook toen ik hem vertelde dat ik dan noodgedwongen een eigen donkere kamer zou aanschaffen, zodat hij dan van mij geen werk meer kon verwachten, bleef hij bij zijn besluit.
Tot zover mijn relaas over ’Taurus’ waarvan ik gelukkig de geestelijke vader ben en mij niet in de kosten hoef te steken voor nieuw briefpapier en etc.

Wel moet ik nu voor mijn eigen werk gaan zorgen, maar Fieke beloofde zich hiervoor in te zetten en binnen een paar dagen had ik mijn eerste orders al binnen. Als leuk begin etiketten ontwerpen en laten drukken voor de wijnflessen voor de bodega van Pablo en een kleurenfolder voor de cerámica van Vincente.

Maken jullie je vooral niet ongerust, we komen er wel weer uit. In elk geval zie ik het wel zitten, door de tekstcomposer kunnen ze voorlopig niet om me heen en advertenties zie ik Theo ook niet zomaar zelf maken.

Veel liefs van ons allen, inclusief Snuffeltje die ook reuze blij is met de nieuwe ruimte boven.

Rimsky

donderdag 24 september 2009

Hoofdstuk 66: Wat brengt 1974 ons?

La Oratava, 10 januari 1974

Lieve allemaal,

Laat ik beginnen met jullie, ook namens Fieke en de kleine Rims, allemaal een heel goed en vooral gezond 1974 toe te wensen. Ik heb inmiddels begrepen dat Oud en Nieuw bij jullie erg gezellig is geweest maar dat het gemis van Edward, Nora en ons beiden groot was.
Maar maak je geen zorgen, ook wij hebben Oud en Nieuw gezellig doorgebracht. Misschien een tikkie anders als bij jullie. Zoals ik al eerder schreef hebben Edward en Nora en wij eerst thuis oudejaarsavond gevierd en daarbij alvast een bodempje gevormd voor het grotere werk later in de avond!
In Puerto de la Cruz hebben wij eigenlijk een vaste bar waar wij meestal naar toe gaan en waar het een trefpunt is voor iedereen die wij kennen. Deze alcoholrijke uitspanning heet Steve’s Bar, uiteraard genoemd naar de Engelse uitbaatster Steve. Een lange, blonde schone waar het goed toeven is.
Voor we naar deze bar gingen hebben we ons laten overhalen om eerst een drankje te drinken bij Bar Berlin, en het laat zich natuurlijk makkelijk raden dat hier overwegend publiek komt van Duitse komaf.


En vóór Bar Berlin troffen wij Volkhart aan in een enigszins aangeschoten toestand. Volkhart is de Duitse financier van ons blad Donde y Que. Fieke en ik hebben hem vlak voor de Kerstdagen wat beter leren kennen omdat hij Theo en Helen en Fieke en mij als dé mensen achter Donde y Que had geïnviteerd voor een etentje. Behalve wij was ook aanwezig onze Spaanse directeur. In Spanje is het wettelijk verplicht om een Spanjaard als directeur aan te stellen. In feite een stroman die alleen zijn naam er aan verbindt. Antonio is een bijzonder vriendelijke en bescheiden man die in het dagelijks leven een administratiekantoor in Puerto de la Cruz runt en verder geen bemoeienis heeft met ons blad, behalve dan met dit soort gelegenheden.
Het etentje werd, hoe kan het anders, gegeven in een hotel van een Duitse eigenaar met in de keuken een Zwitserse kok. Deze combinatie garandeert een goede maaltijd, althans wat mijn smaak betreft.
Maar goed, in Bar Berlin (natuurlijk ook één van onze adverteerders) kwamen wij net aanlopen toen Volhart hardhandig de tent werd uitgebonjourd. Wij kwamen natuurlijk voor hem op en namen hem weer mee naar binnen wat ons niet in dank werd afgenomen. Maar nu hij meer support had durfde niemand hem er weer uit te smijten. Toen wij op het laatst meer Duitse schlagers hadden gehoord dan wij kunnen verdragen togen wij naar Steve’s Bar waar veel Hollanders zich plegen te verzamelen, traditiegetrouw met een glas in de rechterhand. En de een heeft nog een grotere bek dan de ander, want ja, het blijven natuurlijk wel Hollanders! Maar uiteindelijk is het wel een gezellige avond geworden die duurde tot zonsopgang. Wel prettig hoor, met zonlicht naar huis rijden!
Nieuwjaarsdag hebben wij doorgebracht in alle rust en met koppijn, nee, voorlopig komt er bij ons geen druppel alcohol meer in huis. En dat zeg ik niet alleen, half Tenerife heeft namelijk dezelfde goede voornemens.

Ik wens jullie het aller, allerbeste en ook namens Fieke en de kleine het allerliefste toegewenst.

Rimsky

vrijdag 21 augustus 2009

Hoofdstuk 65: Taco

De foto’s zijn van mindere kwaliteit omdat ze afkomstig zijn uit een meer dan 35 jaar oude 8 mm film!

La Orotava, 14 december 1973

Lieve allemaal,

Allereerst nog hartelijk dank voor jullie felicitatiebrieven. Ook van de familie van Fieke kreeg ik diverse leuke kaarten opgestuurd en dat mij deed me best wel goed. Ik ben dus nog steeds niet vergeten.
Mijn verjaardag hebben wij gevierd door overdag naar het nieuwe strand van Santa Cruz te rijden, een beetje bij de haven rondlopen en een bezoekje aan de kermis… nou ja, als je een draaimolen met wat losse kraampjes een kermis wilt noemen.


’s Avonds hadden wij een huis vol bezoek. Ook Edward en Nora waren van de partij en Nora had wel een héél nare ervaring. Toen ze gebruik maakte van het toilet zag ze plotseling een hoofd bij het w.c.-raampje. Uiteraard schrok ze zich kapot en meteen toen ze het vertelde ging een hele ploeg mannen de tuin in en de straat op om te kijken of we iemand of iets konden ontdekken. Maar waar we ook keken, hoe we ook zochten, niemand of niets te zien! Maar Nora blijft stellig beweren dat er echt een hoofd bij het raampje bewoog. We zullen helaas nooit te weten komen wie of wat Nora heeft gezien…

Ik weet niet hoe het precies kwam, maar plotseling is Rimsky gaan zeuren over een broertje of een zusje. Wij denken omdat hij altijd met de buurmeisjes speelt en dan natuurlijk ziet dat andere kinderen broertjes en/of zusjes hebben ’…en ik heb helemaal niks en ben altijd alleen..!’
Fieke heeft op zeker moment de stoute schoenen aangetrokken en kwam, ook voor mij zeer onverwacht, thuis met, hou je vast… een tekkel! Een gladharige tekkel Taco genaamd, met papieren en een gezondheidsverklaring. Al snel zijn wij hem Snuffeltje gaan noemen, met zijn lange spitse snuit ruikt hij, al vrolijk kwispelend, overal aan. En natuurlijk was Rims uitermate blij omdat hij nu een leuk speelkameraadje heeft. De eerste been die wij speciaal voor hem bij de slagerij hebben gekocht heeft hij listig ergens in de tuin begraven, kennelijk voor slechtere tijden.


Langzamerhand zagen wij dat hij overal gaten aan het graven was onder de bijna bloeiende Kerstrozen. Heel merkwaardig, de tuinman had op een goeie dag allemaal stokken in de grond gestoken en omdat wij dachten dat het wel ergens goed voor zou zijn hebben we ze gewoon laten staan. Behalve Rimsky die zo’n stok uit de grond trok om er mee te spelen. Tot de tuinman dat zag en hem verbood om met die stokken te spelen. Toen Fieke de tuinman vroeg waar die stokken goed voor waren antwoordde hij dat het Kerstrozen waren! En inderdaad, na een maand begonnen de stokken blaadjes te krijgen en nu staan ze bijna in volle bloei. Trouwens over het hele eiland, je gaat er nu op letten. Het moet hier op het eiland wel erg vruchtbaar zijn, ik geloof zelfs dat als je een lucifer in de grond stopt er nog een aardige boom uit groeit!
Snuffeltje is nog niet helemaal zindelijk en Fieke probeert hem nu met harde hand van zijn slechte gewoontes af te helpen. Reden dus voor hem om steeds naar mij toe te komen en dat gaat ver. Toen ik van de week wakker werd lag Snuffel onder de dekens aan mijn voeteneind te snurken als een bootwerker. En dat was van korte duur, want Fieke heeft hem de slaapkamer uitgebonjourd met een gratis lesje vliegen.


Verder vindt hij autorijden heerlijk, met het raam naar beneden en zijn snuit naar buiten zit hij parmantig op de achterbank met fladderende oren door de wind en heb je geen kind aan hem. En om heel eerlijk te zijn, hij was voor Rims bestemd maar is langzamerhand van mij geworden… ja, zo gaat dat!

De zaken zijn niet om over naar huis te schrijven, maar laat ik het maar wel doen. Hoewel zo langzamerhand iedereen er aan gewend is dat je nu plotseling wel overal kunt parkeren blijft het grote buitenlandse bezoek weg. Natuurlijk, Theo en ik werken ook voor onze eigen klanten en we hebben best wel wat werk, maar het blijft een moeizame tijd. We zitten zelfs te dubben of we een volgend nummer van Donde y Que moeten uitbrengen, we hebben advertenties genoeg, maar worden ze straks ook wel betaald? En met dat dilemma wilde ik deze brief beëindigen.
Wij wensen jullie heel prettige Kerstdagen en voor zover jullie dat gaan vieren een heel gezellig Oud en Nieuw. Zelf gaan we met Edward en Nora oudejaarsavond hier thuis vieren om later, dus na twaalf uur naar Puerto de la Cruz te gaan om de stad en vele bars onveilig te maken.

Veel liefs van ons allemaal, maak je niet al te veel zorgen, we komen er wel uit met de situatie hier.

Rimsky

maandag 17 augustus 2009

Hoofdstuk 64: Oliecrisis

La Orotava, 12 november 1973

Lieve allemaal,

Na onze terugkomst op Tenerife is er nogal veel veranderd. Op de tv zagen wij de beelden over de Arabische olieboycot die onder andere ook Nederland heeft getroffen. Hiervan hebben wij nog niet direct last en er is nog volop benzine te krijgen omdat de olie hier uit Venezuela komt. Maar wel merken we duidelijk dat het toerisme opeens is ingestort. Er komen vrijwel geen toeristen meer hier naar toe en dat is met het vooruitzicht van de maand december, toch altijd een drukke tijd hier, desastreus voor de economie van de Canarische Eilanden. Alles drijft hier op het toerisme. Langzaam zie je hoe het ene restaurant na het andere sluit, plotseling zijn vele hotels volkomen leeg, personeel wordt ontslagen, er heerst grote somberte.
Ook wij merken natuurlijk duidelijk dat er een teruggang is te bespeuren in onze opdrachten, adverteerders voor ons blad trekken zich terug of zijn er plotseling vandoor gegaan. De eigenaar van een van de grootste nachtclubs hier, ook een Hollander, is net als zoveel anderen, plotseling met de noorderzon vertrokken met achterlating van een zee aan schulden. En ja, inderdaad, ook wij kregen nog geld van hem.
Het Chinees/Indische restaurant van Guus, de Amsterdamse eigenaar, is ook gesloten en wordt nu op een andere locatie, maar wel stukken kleiner, voortgezet. Ze blijven dus wel doordraaien en dat is een prettige gedachte omdat wij onze portie saté dus niet hoeven te missen. Maar hoe lang blijft dat nog?
De Duitse financier van Donde y Que heeft ons meegedeeld dat hij niet langer het papier voor het blad wil voorschieten (papier wil Maype, onze drukker, altijd contant vóór het drukken betaald hebben) en of wij dat maar zelf voortaan willen voorschieten. Theo zat meteen in zak en as omdat dát geld er gewoon niet is. Wat ik eigenlijk ook weer vreemd vind, waar blijft dat geld toch allemaal? Langzamerhand begin ik te begrijpen dat diverse mensen uit dezelfde ruif mee eten en daardoor maar weinig geld overblijft voor het vele werk wat wij verzetten. Maar goed, om het drukken van het blad niet te stagneren hebben Fieke en ik het maar zolang voorgeschoten, wel met de angstige vraag of wij het geld ooit nog wel terug zullen krijgen. Want als de situatie hier zo blijft en de ene zaak na de andere sluit, ja, wat moet je dan met een blad voor toeristen die niet meer komen?
Maar voor de rest gaat alles z’n gangetje. Elke zondag rijden wij naar het zwarte zandstrand van San Marcos om de lekkerste calamaris van de wereld te eten of naar Los Cristianos om van de lekkerste kip van het spit van Tenerife en omstreken te smullen, en omdat het overal erg rustig is ben je plotseling de beste klant en wordt je letterlijk met open armen ontvangen!
De achtergebleven buitenlanders hebben een hechte band, we weten allemaal dat het maar tijdelijk is en proberen er maar het beste van te maken. We komen er wel weer overheen. Althans, dat hopen wij...

Ik wens jullie het allerliefste en hoop in mijn latere brieven weer wat positievere berichten te mogen optekenen. Ook namens Fieke en de kleine Rims de nodige smakkerts en het allerliefste toegewenst.

Rimsky

zaterdag 18 april 2009

Hoofdstuk 63: Een korte vakantie in Holland

Het begin van onze vakantiereis naar Nederland ging niet meteen van een leien dakje.
Op de dag van ons vertrek hadden wij ons aangekleed als ’toeristen’, ik had een camera over mijn schouders, Fieke sleepte met een bos bloemen (Birds of Paradise oftewel Strelitzia’s) in haar hand en de kleine Rims liep rond met een speelgoedezel onder zijn arm. In niets waren wij te onderscheiden van andere toeristen. Mijn zakenpartner Theo en zijn Helen kwamen ons nog uitzwaaien en Rims hadden wij vooraf nadrukkelijk verzocht om vooral géén Spaans te praten.


Toen het zover was dat we met de airportbus naar het vliegtuig moesten, passeerden we de controle met onze boardingkaart en paspoort in de hand. Er werd, op een enkele steekproef na, nooit naar het paspoort gevraagd en daar gokten wij dan ook maar op. Toen de kleine Rims als eerste langs de controleur liep zei de man iets aardigs tegen hem en aaide hij hem over zijn haren en tot onze ontsteltenis gaf Rims hem in rap Spaans antwoord! Je zag de man hoogst verbaasd kijken maar hij zei verder niets. Een hoogst ongemakkelijke situatie. Eindelijk waren wij in het vliegtuig, iedereen zat, de deuren werden gesloten en de motoren werden gestart en tergend langzaam begon het toestel te taxieën om plotseling met een schok weer te stoppen. De deur werd weer geopend, een trap werd tegen het vliegtuig geplaatst en een tweetal heren kwamen het toestel in en er volgde voorin een druk gesprek tussen de beide mannen en een stewardess. Lijsten werden vergeleken, er werd steeds naar achter gewezen, weer in de lijsten en naar binnen gekeken terwijl Fieke en ik alles met angstzweet volgden. Het zou toch niet waar zijn dat… maar na 5 minuten verdwenen de heren weer, de deur werd weer gesloten en voor we het goed en wel beseften stegen wij schuin in een grote bocht op, richting Holland.
Over onze vakantieplannen naar Holland had Fieke met geen woord met haar ouders en verdere familie gerept. Ze wilde, als verrassing, plotseling voor hun neus staan.
Op de dag dat Fieke haar ouders hun 35-jarig huwelijksfeest met de hele familie gingen vieren waren wij al vroeg in de middag in De Meern, waar haar ouders ook sinds enige tijd woonden. Bij een cafetaria vlakbij gingen wij iets drinken en Fieke belde ondertussen haar ouders op om ze te feliciteren en zowel haar vader als moeder kwamen aan de lijn en vertelden hoe erg ze het vonden dat wij er niet bij konden zijn. ”Ja, dat is dan wel weer een groot nadeel als je zó ver weg woont, je kunt er nooit meer bij zijn! Maar het lijkt wel of je vlak bij bent, zo duidelijk kunnen wij je verstaan..!”
Nadat Fieke haar ouders nog heel veel liefs en een plezierige dag had toegewenst stapten wij, met de bos Strelizia’s, richting Laan 1940-1945 om ze te verblijden met onze aanwezigheid! En waarachtig, dat was een geslaagde verrassing waarbij menig traantje vloeide.

Na 14 dagen wilde ik weer terug naar Tenerife, het werk riep en ik had het wel weer gezien in Holland, maar helaas konden wij niet samen terug reizen, want de vliegtuigen zaten vol. Nog één ticket kon ik bemachtigen, twee andere tickets waren voor een week later. Dus bleven Fieke en de kleine Rims achter.

Onze paspoorten waren na onze terugkomst weer voor drie maanden ’in orde’ en wij hielden ons voor om vanaf nu alles correct af te handelen en te werken aan onze permanencia (verblijfsvergunning).

maandag 23 maart 2009

Hoofdstuk 62: Voor de rechter

La Oratava, 26 september 1973

Lieve allemaal,

Nou, we weten in ieder geval dat we eind van de maand of begin volgende maand drie tickets voor Holland kunnen krijgen. Nou ja, krijgen..? Het ging echt moeizaam, volgens zeggen door die Arke-reisleider zitten de vliegtuigen hierheen tjokvol en dus op de terugreis ook, want iedereen gaat natuurlijk wel terug en Transavia vliegt alleen maar op vrijdag. Maar eind september begin oktober neemt het een beetje af en kunnen wij meevliegen.

Van de rechtbank kreeg ik bericht om te verschijnen inzake mishandeling!!! Met z’n tweëen zijn we gisteren naar de rechtbank hier in La Orotava gestapt en toen ik eindelijk, na een lange tijd wachten in de gang, werd afgeroepen om de rechtszaal binnen te gaan bleken wij in die grote zaal helemaal alleen te zijn, althans op de rechter na. Een wat oudere man was bezig om het procesverbaal nog even door te lezen en wenkte ons om dichterbij te komen. Toen hij opkeek zag ik hem verbaasd naar mij kijken of ik die ’dader’ wel was, dat magere mannetje..! Je kon gewoon zien dat hij zich niet kon voorstellen dat ik een potige Duitser had gevloerd. Het ergerde hem (én ons ook) dat Helmuth of zijn advocaat verstek hadden laten gaan en dat liet hij duidelijk merken met zijn symbolische strafmaat van 400 peseta’s (zeg maar zo’n fl. 20,-). Hij moest dit wel doen, zei hij, omdat de stukken ook naar de advocaat werden gestuurd. In een gemoedelijk gesprek wat daarna volgde vroeg hij aan Fieke, toen hij hoorde dat wij binnenkort naar Holland op vakantie gingen, of ze niet een klein pakje wilde meenemen voor een vriendin van hem die in Den Haag woonde. We waren al dik tevreden met de boete die hij mij had opgelegd en dus konden wij dát natuurlijk niet weigeren en toen hij het pakje uit zijn aktetas opdiepte was het zo klein dat er denkelijk een ring in zit. Voor overgewicht hoeven we ons dus niet druk te maken! Al met al is het allemaal met een sisser afgelopen en wat schetst onze verbazing dat wij diezelfde middag nog van Pablo hoorden dat Helmut van het eiland was gevlucht… hij had de politie over de vloer gehad en wat hij had gedaan was kennelijk strafbaar, want je kunt niet zo maar een paard op andermans terrein begraven! Nu staan die Heinz en Achim er alleen voor. Wij, maar ook Pablo, denken dat ze het niet redden. De groepen die op het paard naar zijn bar komen worden steeds kleiner en de paarden zien er niet uit. Dit soort verhalen doet ons bijzonder veel pijn, maar we hebben er, gelukkig maar, niets meer over te vertellen. En ook te druk om er steeds maar aan te denken.



Mijn Ford Consul heb ik uiteindelijk ook nog netjes kunnen verkopen, als je alles bij elkaar optelt en aftrekt dan heb ik vrijwel voor niks gereden. En we hebben er toch ons plezier van gehad. Gek genoeg vond ik het maar niets zo’n kale plek voor onze deur. Maar alles went.

Kleine Rims spreekt nu echt al goed Spaans, hij doet het goed op school maar vindt het overblijven tussen de middag maar zo zo. Hij krijgt maar raar eten, vindt hij, vis en chips en sla. En hij houdt helemaal niet van sla en al helemaal niet van vis, zeker niet met al die graten! Op school vindt hij het verder wel leuk. Maar het liefst van alles speelt hij hier gewoon op de straat.

Ja, het is maar een kort briefje, maar er is verder niet veel gebeurd. Alles gaat z’n gangetje, iedereen is tevreden. Wat wil je nog meer?
En nu maar afwachten op het bericht dat we de tickets kunnen ophalen, eigenlijk best vervelend als je niet precies weet wanneer dat is, zeker ook met de werkzaamheden, want dat moet toch gepland worden.

Voorlopig wens ik jullie, ook namens Fieke en de kleine straatjongen, veel liefs toe en naar alle waarschijnlijkheid tot heel snel!

Rimsky

vrijdag 20 maart 2009

Hoofdstuk 60: Vliegtickets

De navolgende fotobeelden komen uit een 8 mm. smalfilm welke is overgezet op video. De video is voorts op een cd overgezet en tijdens het afspelen zijn de foto’s vanaf de tv opgenomen.
Niet mooi, wel ingewikkeld!



La Oratava, 12 september 1973

Lieve allemaal,
Namens Fieke en de kleine Rims moet ik jullie hierbij nog hartelijk bedanken voor de leuke verjaardagskaarten. We hebben het dit jaar sober gehouden, samen met Edward en Nora zijn we bij Qui-qui-ri-quis (het kippenrestaurant) wezen eten, daarna thuis Mens-erger-je-niet gespeeld, zodat ook Rims er nog wat aan had. Klinkt misschien burgerlijk allemaal maar we hebben ontzettend gelachen. Met een glaasje wijn erbij wordt elk spel al heel snel leuk.


Verder hebben wij het behoorlijk druk. De zaken lopen goed, we hebben het, zo samen met Theo en Edward, best gezellig en de samenwerking loopt weer op rolletjes. Inmiddels is Helen ook weer terug uit Holland. Plotseling stond ze ’s morgens lachend met een kop koffie voor mijn neus en dus is ook de verstandhouding tussen ons weer normaal. Ik denk dat de verhuizing, het opknappen van haar huis, de spanning tussen Theo en mij, kortom alles bij elkaar net iets teveel voor haar was geworden.

Het volgende bericht is bijzonder gruwelijk..! Begin van de week kwam de eigenaar (de dueño) van de finca en de stal bij ons aan de deur en vertelde ons een afgrijselijk verhaal waar wij behoorlijk overstuur van zijn geraakt. Met de van ons overgenomen stal gaat het niet best, die jongens hebben kennelijk nu al een huurschuld en maken al het binnenkomende geld meteen op. Ze hebben weliswaar grote feesten bij hun nieuwe bar maar verzuimen om voedsel te kopen voor de paarden. Die zien er dan ook niet meer uit, worden afgeragd en onverzorgd voor de nacht op stal gezet. Om de kosten te drukken hebben ze, hoe haalt iemand het in zijn hoofd, de paarden fijngesneden bananenbladeren te eten gegeven en dat heeft catastrofale gevolgen gehad. Eén van de paarden heeft hierdoor koliek gekregen en dat kan voor een paard dodelijk zijn. Natuurlijk hadden de paarden bij ons er ook wel eens last van, maar dan gingen wij met zo’n paard het pad op en neer lopen, net zo lang tot het zich beter voelde. En dat kon heel lang duren... maar het is je materiaal en buiten dat, het zijn ook wel jouw beesten en daar zorg je nou eenmaal goed voor.
Maar dus niet bij die Duitse jongens, de volgende ochtend namelijk lag er in de stal een paard op de grond… dood! Paniek in de tent want hoe krijg je z’n honderden kilo’s wegend dood paard de stal uit. Met de auto en een sleepkabel hebben ze nog geprobeerd het kadaver uit de stal te slepen, maar het paard was al stijf en kon niet door de deur. Uiteindelijk heeft Helmut, je houdt het niet voor mogelijk, maar het is werkelijk waar, het paard in stukken gezaagd..!!!!
Je begrijpt, die twee anderen zijn misselijk weggevlucht en de dueño geloofde zijn ogen niet toen hij die slachtpartij aantrof. Ook hij is onpasselijk weggelopen en is ogenblikkelijk naar Fieke toe gekomen om het haar te vertellen. Helmut, die klootzak, heeft de restant van het geld nog steeds niet betaald en verwaarloost de paarden die in principe niet eens volledig zijn eigendom zijn.
De volgende dag zijn Fieke en ik verhaal gaan halen, maar er was niemand op het erf. Dus gingen wij naar het stadje om boodschappen te doen en ja, daar reed de auto van Heins net naar de benzinepomp. Wij stopten en laat nou uitgerekend Helmut, die butcher, met uitgestoken hand vriendelijk lachend naar ons toe komen lopen… en ik weet niet wat er gebeurde, maar met alle opgekropte woede en frustraties over het gebeurde gaf ik hem een oorvijg en tot mijn en ieders verbazing vloog hij met een boog over de motorkap van de auto op de grond. Hij was zo verbouwereerd dat hij niet eens de moeite nam om op te staan. Zonder verder een woord te zeggen stapte ik in onze auto en reed weg. Zo, dat luchtte op, maar ik trilde over mijn hele lichaam. Ik begrijp nog steeds niet waar al die kracht vandaan kwam.
Nou, een dag later moest ik, op verzoek van de ‘policia’, naar het politiebureau, want Herr Helmut had, via zijn advocaat, een klacht ingediend wegens mishandeling en ik moest dus een verklaring komen afleggen. Fieke deed voor mij het woord, ze spreekt nu eenmaal beter Spaans als ik, en ook de dienstdoende politieagent zat te walgen achter zijn bureau toen wij hem het hele verhaal vertelden. Hij begreep ons volledig, maar ja, hij moest toch een procesverbaal opmaken en ik zou later wel een bericht krijgen om voor de rechter te verschijnen. We wachten maar af.

Verder zijn wij bezig om tickets te ritselen voor een reis naar Holland. Fieke haar ouders zijn in oktober 35 jaar getrouwd en gaan dat feestelijk vieren. En natuurlijk wil Fieke ze verrassen om daar bij te zijn, dus wij doen ons uiterste best.
Zoals ik al eens eerder schreef hadden Jan en Loes via een reisleider van Arke Reizen goedkope tickets kunnen bemachtigen. Maar wat is goedkoop? Na ons eerste gesprek met Theo (zo heet die reisleider) waarbij hij nogal moeilijk deed (of was het misschien gewichtig doen?) vertelde hij dat hij helemaal niets kon regelen. Maar na een paar biertjes en de confrontatie met de namen van Jan en Loes, voor wie hij wel tickets had verzorgd, kon hij er niet meer onderuit en zal ons ook aan tickets helpen. Maar, begrepen wij uit zijn uitleg, dat hangt dan wel van de bezetting van zo’n vliegtuig af, als er plaats is dan kunnen wij eventueel mee. Zo’n ticket kost dan ongeveer fl. 250,- per persoon enkele reis. Maar wij mogen er met niemand verder over praten, want het is voor hem ook best ingewikkeld om aan tickets te komen. Maar, zo vertelde hij, als een vliegtuig een paar lege stoelen op de terugweg heeft dan willen ze die maar al te graag bezetten. Waarvan akte. We weten dus nog niet precies wanneer, maar wij horen nog van hem. Het kan misschien erg snel gaan dus kijk niet raar op als er een telefoontje vanaf Schiphol komt dat we daar plotseling zijn aangekomen!
Een ander probleem doet zich echter voor met onze paspoorten. Bij mij staat er al sowieso geen enkele stempel van aankomst in (net een nieuwe opgestuurd gekregen), maar bij Fieke staat er een stempel in haar paspoort die ze kreeg bij de haven toen ze met de containerboot in Tenerife aankwam. En zo’n stempel is maar geldig voor drie maanden, daarna moet het bij de vreemdelingenpolitie verlengd worden… en dat hebben wij nooit gedaan! In principe wonen wij hier dus zwaar illegaal en moeten dus proberen zo onopvallend mogelijk de paspoortcontrole te passeren. Veelal, en dat weet ik uit ervaring, wordt er niet vaak naar een paspoort gevraagd, bij twijfel worden er steekproeven genomen. Dus mocht je plotseling niets meer van ons horen dan weet je het hoe en het waarom…


Ook is er een vreselijk ongeluk gebeurd in Santa Cruz. Voorbij het vliegveld Los Rodeos begint de weg naar Santa Cruz langzaam naar beneden te gaan om later voorbij La Laguna steeds steiler te worden. Het is een behoorlijk brede weg en aan de rechterzijde van de weg naar beneden wordt het begrensd door hoge rotsen. Enkele dagen geleden moesten Theo en ik naar onze drukker in Santa Cruz en kwamen in een ongelofelijke ravage terecht. Normaal rijdt het vrachtverkeer hier stapvoets naar beneden, maar een volgeladen Coca-Cola vrachtwagen was door zijn remmen gegaan. Die wagen ging steeds sneller en omdat er geen houden meer aan was probeerde de chauffeur om zijn wagen af te remmen door langs de rotsen te schuren, maar dat was te laat en dus heeft die bestuurder zijn auto met man en macht tegen de rotsen gebotst met gevolg dat die wagen kantelde en ik weet niet hoeveel keer over de kop is geslagen. De weg was een grote zee van glas, van de vrachtwagen was niets over, van de chauffeur al evenmin. Vreselijk!


Spannende tijden gaan we tegemoet, maar wij houden de moed er nog even in en wensen jullie veel liefs en van ons allemaal een flinke pakkerd. Wellicht, zo God het wil, tot heel snel.

Rimsky




woensdag 25 februari 2009

Hoofdstuk 59: Rij-examen

La Oratava, 2 augustus 1973

Lieve allemaal,

Twee dagen geleden heeft Fieke voor de tweede keer praktijk-examen gedaan. Ze had nog wat extra lessen genomen en voelde zich, ook misschien omdat ze nu wist wat haar te wachten stond, zelfverzekerd. Voor alle zekerheid hebben we toch nog maar een kop koffie mét gedronken en of dát de reden is zullen we nooit weten, maar Fieke heeft het gehaald… en ze was uitgelaten van blijdschap. Ik vind het bijzonder knap om, als buitenlander, een rij-examen in Spanje te halen, temeer daar ze ook het theoretische gedeelte zonder fouten heeft gehaald! Chapeau!
Over een week of zo kan ze haar ’permiso de conduccion’ oftewel haar rijbewijs ophalen.
En nu dus op zoek naar een auto. Van Andrès hadden wij gehoord dat de Seat 600 binnenkort uit produktie zal worden genomen en het misschien verstandig zou zijn om ook naar andere auto’s te kijken. En dat hebben wij dan ook gedaan. Erg gecharmeerd was Fieke van de Sunbeam Imp (de Engelse Hillman) en dat vooral door het feit dat je het achterraam omhoog kunt klappen om je boodschappen op te bergen, hoewel er ook een kofferdeksel is. Het is een sportieve auto, je zit laag in lekkere kuipstoeltjes en het rijdt uitstekend.


Hoewel er een paar dagen overheen gegaan zijn, schrijf ik nu maar weer verder.
Fieke heeft, als eerste daad, haar rijbewijs en pas daarna haar auto opgehaald zodat ze meteen mocht rijden en hij staat nu voor de deur te glimmen. Ze is zo trots als een pauw en terecht, het is een heel leuke auto om te zien en prettig om te rijden. Wij hebben direct wat foto’s gemaakt en bijgaand stuur ik ze op.


Voor Fieke begint nu de mogelijkheid om voor ons te gaan werken, hoewel ze natuurlijk al bezig was. Theo heeft haar niet direct de meest leuke klusjes gegeven en zo moet ze dus proberen om rekeningen te incasseren bij de adverteerders in Donde y Que. En warempel, ze heeft nog succes ook want vrijwel iedereen betaalt meteen. En dat is bij Theo anders, ik heb sterk het vermoeden heb dat hij, als er ook maar iemand in zo’n zaak staat, er gewoon voorbij loopt. Met het idee van ’morgen is er weer een dag!’
Merkwaardig is het dat Theo wel graag aquisitie pleegt maar het vreselijk vindt om geld te incasseren en bij Fieke is het net andersom. Toch heeft ze al een paar klanten binnengebracht zoals Pablo met zijn bar La Tranquilidad en Vincente met zijn Cerámica La Calera.



Vincente heeft Fieke leren kennen in de bar van Pablo en toen zij hoorde dat hij een keramiekzaak had heeft ze hem meteen gestrikt om bij ons te adverteren. Inmiddels is het een goede kennis waarmee wij, als hij op Tenerife is, regelmatig optrekken. Hij woont officieel in de omgeving van Malaga met zijn gezin en heeft daar eveneens een keramiekwinkel. Verder speelt of speelde hij ook nog trombone, maar of hij daadwerkelijk in een orkest zit of zat is mij niet geheel duidelijk geworden. Wel doe ik hem, als hij bij ons komt, groot plezier met het draaien van klassieke muziek. Voor mij dus ook meteen een mooie gelegenheid om naar klassieke muziek te luisteren. Vooral de Manfred Symphonie van Tschaikofski met veel koperwerk, ja, dat vind hij prachtig! En terecht!

Met Edward gaat het op het moment vrij goed, hij heeft het reuze naar zijn zin en komt regelmatig bij Fieke op bezoek, vloekend op alles wat maar op een Spanjaard lijkt. Dom en onbetrouwbaar vindt hij ze, maar ik denk persoonlijk dat hij ze gewoon niet begrijpt of verstaat. Zo kan hij enorm tekeer gaan over de garage waar hij zijn auto in onderhoud heeft, elke keer als hij daar vandaan komt rijdt de auto minder goed en als dát weer is hersteld komt er weer een nieuw probleem. Maar ja, als je die garage ook ziet… maar hij is erg goedkoop en dat spreekt Edward wel aan.

Voor de rest gaat alles normaal verder, met de kleine gaat het uitstekend, met Fieke gaat het eveneens uitstekend en met mij gaat het ook al goed. Druk, dat wel, maar wel prettig druk.

Ik wens jullie veel liefs, ook namens Fieke en Rims,

Rimsky

maandag 23 februari 2009

Hoofdstuk 58: La Palma

La Oratava, 12 juli 1973

Lieve allemaal,

Nou, eindelijk was het zover. Fieke moest haar rij-examen in Santa Cruz afleggen. Het afrijden gebeurt op een groot circuit waar alle verkeerssituaties aangebracht zijn zoals een hellingproef, parkeren op een hellende weg, achteruitrijden tussen obstakels, kortom, een hels karwei voor iemand die met de zenuwen in zijn lijf examen moet doen. Zeker met een vreemde examinator naast je. Het instappen ging nog goed, maar na het starten van de auto ging meteen alles verkeerd wat maar enigszins verkeerd kan gaan. Het waren de zenuwen die opspeelden. Beslist geen schande. Na afloop zijn wij bij het koffiehuisje op het terrein nog iets gaan nuttigen en daar ontdekten wij het grote geheim… er werd daar koffie met cognac geserveerd en dan met name aan degenen die nog het examen moesten afleggen. Na een, twee kopjes koffie mét heb je geen last meer van de zenuwen!!!
Enfin, over twee weken moet ze weer opnieuw examen doen, het kost natuurlijk wel weer inschrijvingskosten, maar dat nemen we maar op de koop toe. En natuurlijk een mooie tijd om nog wat te oefenen, en dan bedoel ik natuurlijk niet het koffiedrinken mét… maar lessen.

Inmiddels zijn wij ook naar La Palma geweest. We stonden op het vliegveld voor de uitgang naar de bus die je naar het vliegtuig brengt en wie schetst onze verbazing toen wij plotseling oog in oog stonden met Carol, die op weg was naar haar huis op... La Palma! Toen ze hoorde dat wij voor een paar dagen naar La Palma gingen en ook nog een hotel moesten zoeken drong ze er op aan om bij haar te komen logeren. Ze vond het veel te leuk om ons weer te zien en ze zou ons met haar auto het hele eiland rondrijden en alles laten zien. Alleen dan, verzekerde ze ons, zouden wij La Palma goed leren kennen. Op het vliegveld stond haar vriend met zijn auto te wachten en wij konden eigenlijk niet meer ’nee’ zeggen.
Als eerste gingen wij naar een vulkaan die kort daarvoor was uitgebarsten. Vanaf Tenerife konden wij inderdaad een maand ervoor de gloed van die uitbarsting zien. En nu stonden wij aan de voet van die vulkaan, nog narommelend met hier en daar wat vuur en rook, heel veel rook. Best angstig eigenlijk.


Vulcanologen hadden van te voren precies voorspeld welke vulkaan een uitbarsting zou krijgen (er zijn er verschillende) en dus werd het dorp ernaast met spoed geëvacueerd. Maar toen de voorspelde uitbarsting plaats vond bleek het een heel andere vulkaan te zijn en dus konden die dorpelingen weer terug naar huis. Het zijn en blijven natuurlijk wel Spáánse deskundigen!



Het logeren bij Carol was prima, ze zorgde goed voor ons, we maakten veel tochten, reden langs de ruige kusten, lunchten op de zwarte stranden, bezochten wijnkelders, maakten kennis met vrienden van haar, aten elke avond in restaurants en gingen uit.
Een enorme indruk heeft ons bezoek aan de grootste krater van de wereld gemaakt, een natuurpark met uitzonderlijke bomen en immense afgronden.


Heel anders als de krater van Tenerife die grotendeels uit zand en gestolde lavavelden bestaat. Het eiland wordt in het midden gesplist door een gebergte waardoor een tunnel is uitgehouwen. Niet meer dan dat, het is ruw en het water stroomt langs de muren omlaag. Het is rijden met ruitenwissers aan… allemaal bijzonder indrukwekkend. Maar na een paar dagen moesten wij weer terug en toen ik eenmaal in het vliegtuig zat en niet lang erna El Teide in de verte beneden mij zag kreeg ik een brok in mijn keel en moest (stiekem) een traan wegpinken. Voor het eerst in mijn leven had ik heimwee en ik besefte toen pas waarom ik maar niet dat blije gevoel kreeg op La Palma. Ondanks alle gastvrijheid en vriendelijkheid en het prachtige eiland. Merkwaardig.




Maar we zijn weer thuis, het leven gaat door, we hebben het druk, het weer is fantastisch, wat wil een mens nog meer? Vanuit La Orotava groet ik jullie, namens Fieke en de kleine Rims een flinke kus en daarbij sluit ik mij ook maar aan.

Rimsky

Hoofdstuk 57: Brief van Fieke

La Oratava, 20 juni 1973

Lieve papa, mama en Ronald,

Dat is een schrikkertje hè, zomaar weer een brieff van mij. Het begint al meteen met tikffouten en gelooff me, het eind daarvan is voorlopig nog zoek. Heel hartelijk bedankt in de eerste plaats voor de ffijne brieven van jullie allen en voor al de opgestuurde lektuur (Edward heefft even de typemachine geleend, ik heb hem laten maken en was weer perffect en gvd het ding hapert alweer bij de F, mocht hij de machine gebruikt hebben om brieven te schrijven dan kan ik hieruit wel concluderen dat hij de F veel gebruikt heefft en dat misschien door vele malen mijn naam genoemd te hebben). Enffin, als het erg vervelend wordt dan sla ik de F gewoon over, het lijkt wel off ik stotter.
Ach, het geval wat Rims jullie verteld heefft over Ton en Hanneke is, vrees ik, niet helemaal goed verteld. Het zijn ffijne en lieve mensen, ze hebben alles over voor je, ze sturen boeken op en en etensspulletjes en niet alleen voor mij, maar nu ook zelffs een ffonduepan voor Pablo, maar ja, het hele ffeit draait erom dat ik me aff en toe vreselijk kwaad heb gemaakt om de gebruikelijke ’kleine’ dingen.
De zogenaamde Ton en Hanneke-jokes, daar kon ik niet (meer) tegen. Elke dag hadden ze wel een opmerking die me een dreun gaff. Bovendien ben ik er niet zo gek op als je altijd maar een toestand off een omstandigheid gaat vergelijken, ik bedoel zoals het vergelijken van iemands salaris off de mogelijkheid van een bepaalde levensstandaard te volgen en die te vergelijken met een ander die het, hoewel in bedekte termen gezegd, maar waar het wel op neer komt, minder goed hebben dan zij. Het elke dag wijzen op je ’fouten’ zoals zij die zien, wordt eveneens vervelend. De sneren en de vaak hatelijke opmerkingen over mijn familie (de f doet het weer!!!). Natuurlijk zie ik vele waarheden wel onder ogen wat het laatste onderwerp betreft, maar het ligt er wel aan op welke wijze die je duidelijk worden gemaakt. Het is zo makkelijk om alles af te kraken, vind ik. En daarbij komt dan nog hun uitgesproken slordigheid. Ik had het huis nog niet aan de kant of het was me overal een bende zoals asvlekken op het tapijt, een gat in mijn tafel en bij dat alles kwam nog hun eigenwijsheid. Als je zelf al zo eigenwijs als de neten bent dan botst dat behoorlijk. En dit alles kwam op de laatste avond bij Pablo op een nogal heftige manier naar buiten toen ze beweerden dat ik nergens over oordelen kon wat betreft de Spaanse mentaliteit op dit eiland, daarbij vergelijkend de Duitse mentaliteit en weet ik al niet meer en zij mij begonnen te vertellen hoe het wel was, dat ze dat wel inmiddels gezien hadden in die twee weken en dat ik toch niets meegemaakt had om een dergelijk vergelijk te kunnen trekken. Want zij hadden in hun kleine huisgezinnetje en de badmintonclub meer meegemaakt, enfin, een geraaskal over en weer waarin ik me als een dronken rebel aanstelde en wat zij opvatten als ’och, het is Fieke maar die het zegt, want we kennen haar zo goed, ze is zo lekker dom, maar je kan er wel mee lachen.’ Zoiets windt me namelijk vreselijk op, ik laat hun toch ook in hun waarde? Hoewel ik in mijn boosheid, toen hij mij adviseerde dat ik geen zaken moest doen als ik er geen verstand van had (geval verkoop stal) en vooral toen hij opperde dat hij, door zijn werk, er wel veel verstand van had de opmerking niet voor me kon houden of een bankbediende iets met zaken te maken had? Ik schrok er eigenlijk zelf. Ik was blij dat ze weggingen, maar zij zelf ook. Toch zijn het goeie mensen, zo moesten ze allemaal zijn, dacht ik, maar helaas kan ik er niet meer goed mee overweg. Men praat hier op het eiland over mensen die hier al langere tijd verblijven over een ’eiland-tic’ en het overkomt iedereen blijkbaar, hoewel Rims en ik ons als buitenbeentjes beschouwen omdat we daaraan niet zouden lijden, maar ik geloof toch wel dat er enige symptomen aanwezig zijn.

Nou met Ed en Nora gaat het goed, alhoewel de eerste aanraking met het Spaanse bedrijfsleven voor Nora helaas op een fiasco uitliep. Tja, de Spaanse mentaliteit, en daar blijf ik toch bij, is anders als de Hollandse en daar moet je aan wennen of je went er nooit aan. Maar dan wen je op Tenerife ook nooit.

Met Rims en Theo is alles weer koek en ei. Na een gevaarlijk dieptepunt, waarbij de vriendjes elkaar vaarwel zouden zwaaien en waarbij uitkwam dat Theo zowel letterlijk als figuurlijk tegen de muur zou komen te staan, mede door het vertrek naar Holland van Helen die hem in de steek liet. Na veel wikken en wegen en een paar flinke waarheden gezegd te hebben, zijn ze beiden weer op het (goede?) spoor geraakt om alsnog samen door te zetten met de gedachte, dat elke zaak in het begin zijn dieptepunt meemaakt.
En zo is dan ook het bovenappartement weer terug in handen van de huurder van deze urbanisatie. De eisen van Helen in La Matanza werden redelijker en dus bleven ze maar waar ze waren. En ik moet zeggen, er zit iets meer schot in en ik begin er zelf ook nog in te geloven. Dit is in zoverre belangrijk dat bij mij mijn handen en voeten zo langzamerhand beginnen te jeuken om zo vlug mogelijk bij hun in te stappen en hun te helpen, in zoverre ik dat kan.
Mijn eerste klant heb ik al geworven, lach niet, dat is Pablo. En ik heb nog meer gegadigden op mijn lijstje staan en Rims is er tuk op dat ik er zo gauw mogelijk inspring. Ik doe daarom ook mijn uiterste best om mijn rijbewijs te halen, waardoor mij een Seat 600 of welke ik maar wil hebben in het vooruitzicht wordt gesteld. Voor dat doel onontbeerlijk omdat een bus te veel tijd en een taxi te veel geld kost, rekening houdend met de kleine natuurlijk.
Nou, en dat rijbewijs halen is me wat. Terloops kreeg ik namelijk te horen dat ik twee examens doen moest, één examen in je eigen woonplaats om op te mogen voor het tweede in Santa Cruz. Daarbij is de theorie het belangrijkste. Haal je dat niet in je eigen woonplaats, dan mag je niet in Santa Cruz afrijden. Toen ik na 8 uur rijden, wat trouwens erg goed ging, vroeg of ik eindelijk examen mocht doen zaten ze me schaapachtig aan te kijken en vroegen me of dat niet iets te vroeg was, omdat ik haast nooit op de theorielessen kwam en aangezien ik een buitenlandse was… Enfin, alle boeken aangeschaft die er maar te vinden waren op dat gebied en ik maar leren… elke dag van ’s morgens vroeg tot het naar bed gaan toe, want wel werd me duidelijk gemaakt dat ik geen vocabulaire gebruiken mocht.

Nou, vanochtend heb ik mijn plaatselijke examen gedaan en… ja, gehaald! Op 11 juli moet ik nu in Santa Cruz afrijden en God-sta-me-bij, ik wil het in één keer halen. Hoe eerder namelijk mijn auto, hoe eerder weer werken.

Nee, in de stallen ziet niemand mij meer. Afgelopen zaterdag heb ik nog een dagrit gemaakt bij de stal in Puerto de la Cruz en halverwege moest ik de auto ingedragen worden van de hoofdpijn. Huilend ben ik naar bed gegaan en Rims zou eventjes beneden gaan afrekenen en mijn tas ophalen. Wat niemand van ons wist was dat er een barbecue-party gegeven werd voor de ruiters in de een of andere villa onder de palmbomen van La Romantica. Enfin, Rims heeft dat wel meegemaakt en ik lag op mijn bed. Ik kan het nog niet uitstaan als Rims daar weer over begint.

Met onze eigen stal zijn er steeds grotere problemen. Die ’Klotsack’ van een Helmut wil zijn restant niet betalen en we hebben de zaak in handen gegeven van een advocaat. We wilden die ’cabron’ nog tegemoetkomen met een aflossing in maandelijkse termijnen maar die ’Lausenfresser’ wil zelfs dat contract niet tekenen. We gaan het dus nu voor het gerecht gooien, dus dat wordt weer afwachten geblazen. Ik krijg er wel wat van hoor, want nu loop ik weer elke dag naar die advocaat en dat is iets waar ik zo de p aan heb. Maar ja, je gooit het niet zomaar weg, zo’n poepie geld. Maar daar kunt u wel over meepraten!

Ed en Nora hebben een schattig huis in La Matanza, ruim en gezellig, niet te vergelijken met wat ze hadden. Ja, ik hoop echt dat jullie dit jaar nog eens hierheen komen, want ik ben bang dat er van vakantie naar Holland van onze zijde niets komen zal. De plannen waren zeer groot, zoals gewoonlijk, maar het gaat ons zowel met het vliegtuig als met de boot zo’n paar duizend gulden kosten. Het feit is namelijk dat je hier vandaan geen charter kan krijgen en dus met een lijnvlucht moet en dat is al zon fl. 900,- per persoon. Het maakt natuurlijk niet uit of we een week of een maand dan in Holland blijven, want de vliegkosten blijven hetzelfde. Maar Jan en Loes zijn op dit ogenblik ook in Holland en hebben voor de reis per persoon fl. 210,- betaald via een reisleider die de tickets bij Transavia heeft geritseld. Kijk, dan is het de moeite dubbel en dwars waard. Die blijven dan ook een maand weg. We hebben het goed uitgerekend wat het verschil zou zijn als je met het vliegtuig of met de auto en boot zou gaan. In het laatste geval wil je zoveel mogelijk zien en je hebt je overnachtingen en eten onderweg. Nogmaals, als we net zo’n reisje zouden kunnen organiseren als Jan en Loes dan staan we onmiddellijk met onze koffers voor uw deur en we gaan dit ook werkelijk proberen. Dat alles wil echter niet zeggen dat we er niet op uit gaan, want voor dit weekend, dus a.s. vrijdag, heb ik tickets gekocht voor een vlucht naar het eiland La Palma waar wij enkele dagen willen blijven om het eiland goed te leren kennen. Het enige trieste is dat, toen ik dat zo even bekend maakte de kleine in snikken uitbarstte, want hij was bang om te vliegen zei hij. Nou, zei ik, dan gaan we met de boot. Néééé, riep hij, dat helemaal niet en vertelde daarna dat hij bang was dat we nooit meer terug konden, en dat vond hij zonde van al zijn speelgoedauto’s en van papa zijn auto. Het zal me nog een drama worden met hem, daar op het vliegveld.

Binnenkort heeft hij ook vakantie, hoewel hij al elke dag thuiskomt met ’de juffrouw heeft gezegd mañana no collegio’. Dus dan houd ik hem maar thuis, hoewel ik vrees dat hij me maar wat voor zit te liegen. Hij speelt de hele dag met die kinderen hier beneden en heeft het daar zo naar zijn zin dat ik hem zelfs ’s avonds voor het eten, en dat is pas om half negen, niet naar binnen krijg.
Ik heb hem wel deze week een flinke afstraffing moeten geven want hij luistert helemaal niet meer naar ons, doet zijn eigen zin en scheldt ons uit voor klote vrouw en klootzak, ligt hysterisch op de grond te spartelen en alles kapot te gooien als hij zijn zin niet krijgt, vooral wat de snoepjes betreft, en dat gaat natuurlijk niet. Het gaat nu gelukkig weer goed, maar af en toe moet je hem wel de baas blijven. Maar in alle opzichten is het verder een prachtknul. Het enige waar hij nog over zeurt is dat hij een ’klein babymeisje’ wil hebben. Rims maakt zich er altijd mooi van af door te zeggen: ’Ik teken er wel een voor je!’ De drol. Meneer had gisteren een vergadering en kwam om 4.00 uur ’s nachts thuis. Hoe zal ik niet vermelden want dat raadt u wel, maar had het bijzonder naar zijn zin gehad. Hij had veel nieuwtjes te vertellen hetgeen hem bijzonder verheugde, want we zijn de laatste tijden nauwelijks weg te slaan van huis, behalve dan de contacten met Pablo, onze wekelijkse bioscoopbezoeken met Pablo en zijn vrouw en af en toe een etentje buitenshuis, maar dat vertelt ons nog niet wat er zoal gaande is in het Sodom en Gomorra van dit eiland. Hij was gisteren weer behoorlijk op de hoogte gebracht en het toppunt van zijn avontuur was dat hij met Theo een rekening bij één van de grootste restaurants zou gaan innen en daar aangekomen stond de hele boel in vuur en vlam! Tot op de grond afgebrand. En het was nog wel zo’n hoge rekening… dag geld… dag restaurant. Tja, het kan raar lopen oftewel je moet maar pech hebben.

Met onze papieren gaat het ook goed. Ze liggen dit keer weer in een andere la, nu van een advocaat. En Rims zijn paspoort is op dit moment in Holland om verlengd te worden en ligt daar nu ook al een maand. Als je alles gehad hebt krijg je dat ook nog. Wil je alles eindelijk naar behoren regelen, dan heb je geen paspoort meer. Ik geloof dat Rims zijn eigen paspoort hier op Tenerife alleen in zijn bezit heeft gehad toen hij hier aankwam, want verder heeft hij het al die tijd niet meer in zijn bezit gehad omdat ze zijn documenten wel ’even’ zouden regelen. Maar het is Spanje en met dat al zit hij nog steeds (ja, ik ook hoor) illegaal hier en als klapstuk nog zonder paspoort ook. Oh, zegt hij dan, mij kan niets gebeuren. Claro, ze kunnen hem zonder paspoort niet eens het land uitzetten! Maar goed, het zal allemaal wel rech kom, maar je moet wel engelengeduld hebben.

Wel, ik hou er mee op want ik ben afgepijgerd of afgepeigerd, ik weet niet hoe je dat schrijft. Heel veel groeten, veel liefs en tot spoedig.

Fieke

Hoofdstuk 56: Rijlessen

La Orotava, 16 juni 1973

Lieve allemaal,

Zomaar in ruim een week tijd van iedereen een brief, het kan niet op. Daarnaast nog een hele verzameling ansichtkaarten voor de kleine, al dan niet voorzien van een poot van Humphrey of Moekie (of hoe die gelaarsde kat ook mag heten) en als klapstuk nog een verzameling Panorama’s. Voor dit alles onze hartelijke dank.
Met een extra compliment aan papa (en dan te denken dat je altijd zei niet te kunnen schrijven, kom, kom...).

Fieke zit op dit moment tegenover mij aan tafel en zit van ’s morgens vroeg tot bedtijd toe te studeren voor het aankomende rij-examen. Daar komt heel wat bij kijken. Theorie blijkt behoorlijk lastig, zeker in het Spaans en ik hoor haar dan ook constant zuchten, steunen en vloeken. Ze is het dan ook helemaal niet eens met wat er zoal voorgeschoteld wordt. Ze probeert mij er steeds van te overtuigen dat de dingen zo onlogisch in elkaar zitten, alsof ik er wat aan kan doen! Zaak echter is dat ze het haalt, en dat geloof ik wel.
In ieder geval ligt het hele huis bezaaid met autofolders, maar de keus is in principe al gemaakt. Mede door de prijs en omdat ze er ook les in krijgt zal het wel een Seat 600 worden. Deze mobiele koektrommel is nu eenmaal de goedkoopste in een Especial uitvoering.

Zo, na even aan een glaasje Tia Maria genipt te hebben ga ik weer verder.
Nora heeft haar baan bij Beatrice alweer vaarwel gezegd. Het beviel haar de laatste tijd niet meer zo goed en Beatrice was ook niet meer zo aardig tegen haar.
Na een gesprek die wij hadden met Pablo en Beatrice op onze wekelijkse bioscoopavondje bleek dat Nora (in haar beste Spaans) iets tegen Beatrice had gezegd over de perzikprijzen. Maar over het hoe en wat krijgen we niets te weten van Pablo of Beatrice.
Jammer voor Edward, want juist nu zou het prettig zijn geweest als er ook door Nora wat geld binnen zou komen. Hij zit voor hoge maandelijkse lasten (hij heeft overigens wel veel werk, maar ook hier moet je wel eens lang op je geld wachten). Maar allez, het zijn natuurlijk hun eigen zaken… Nee, natuurlijk laten we ze niet vallen en helpen zoveel mogelijk.

Met de kleine boef gaat het uitstekend, hij is wel enorm eigengereid (ik mag niet eens meer aan mijn eigen pick-up zitten) maar dat brengt denkelijk zijn leeftijd mee. Over ruim twee maanden alweer 6 jaar!

Als alles meezit gaan we volgende week weer eens vliegen. Naar La Palma, naar men zegt één van de groenste eilanden met de grootste krater van de wereld. Dat gaan we dus maar eens op waarheid controleren.

Gisteren, zaterdag dus, is Fieke weer eens op het paard geklommen, niet zozeer als beroep maar eerder als ontspanning. Op één van de paarden uit Frank zijn stal. Voor Fieke was het die dag geen echte ontspanning, ze had namelijk behoorlijke last van migraine. Ze kwam dan ook huilend thuis en kroop meteen in bed. Toen bleek dat ze haar tas op de Plaza Toros had laten staan bood ik aan om naar beneden te rijden en ook meteen af te rekenen. Pablo, die ook mee was met die rit zou, volgens afspraak, door Fieke naar zijn restaurant worden gebracht omdat hij om zeven uur weer in La Tranquilidad moest zijn (zaterdag is de drukste avond voor hem), maar ze kwamen pas om half acht terug van de rit. Met alle ruiters, veel Hollanders en nog wat Duitsers, gingen ze (en ik dus ook) nog even wat drinken bij de Steakhouse. Na enige afzakkertjes genuttigd te hebben vertrokken we om vervolgens terecht te komen in de een of andere bungalow in La Romantica voor een barbecue-party onder de palmbomen. Want zo gaat dat hier, je weet een uur van te voren nog niet waar je allemaal terecht komt!
Kortom, toen wij eindelijk naar Pablo zijn zaak terugreden was het inmiddels half twaalf en geen auto kon de straat meer in, zo druk was het in zijn bar. Maar dat kon hem helemaal niets bommen, want, zo zei hij, je leeft maar een keer en in die tijd moet je zoveel mogelijk ervaringen opdoen. En, zo zei hij, tenslotte heeft hij niet voor niets hulp en zijn vrouw is er ook nog… en zo kan je het natuurlijk ook bekijken!

Met Taurus, dus ook met Theo, gaat alles weer goed, wij hebben vrij veel werk en het tweede nummer van ons blad is weer een reuze succes. Niet in de laatste plaats heeft ook Edward er aan bijgedragen, want de voorbereiding en de opmaak is voor mij nu stukken prettiger geworden. We hebben nu letterlijk alles in eigen hand en het enige wat de drukker nog hoeft te doen is drukken. En dat heeft hij werkelijk keurig gedaan, hij heeft er zelfs een nieuwe drukker voor aangenomen en als het zo blijft gaan is het een mooie kurk om op te drijven.

En wat de stal betreft, uiteraard is het niet de bedoeling dat Fieke er weer gaat werken, ze kijkt wel uit… de enige moeilijkheid is dat die Helmut ons nog steeds een bedrag schuldig is en nu zegt het niet te kunnen betalen. Wij van onze kant hebben toen maar voorgesteld om er dan een afbetalingsregeling van te maken en door een advocaat is er een goed contract in elkaar gezet. Maar nu weigert Helmut het contract te tekenen. Waar hebben we dat ook alweer meegemaakt..?
Toch zal hij dat niet lang kunnen uitstellen want we zijn zonder meer van plan om er een zaak van te maken. Wij hebben tenslotte nog een door hem getekende schuldbekentenis. Alleen is het vervelend dat Heinz en Achim daar weer de dupe van worden, want die hebben wél alles keurig betaald. Blijft ons niet veel over dan af te wachten wat er zoal gaat gebeuren.

In ieder geval concentreren wij ons op dit moment meer op Taurus, uiteindelijk zit daar onze broodwinning en als we het geld alsnog van Helmut ontvangen dan is dat mooi meegenomen. In geen geval zijn we van plan om zenuwpatiënt te worden…

Je verzoek om weer naar Martin en Ina te schrijven heb ik ingelost en een, naar mijn mening, prettige brief geschreven. Tot nu toe heb ik nog geen reactie gehad en misschien stellen ze het niet eens meer op prijs om mijn brieven te ontvangen.
Met de verkoop van Ina’s creaties loopt het nog steeds niet, er is weinig animo voor en de prijzen liggen, voor hier althans, veel te hoog. Er zijn hier zó veel andere dingen te koop voor redelijke prijzen dat er maar moeilijk een markt te creëren valt. We hebben momenteel een nieuwe Spaanse kennis met een Cerámica en als je dan zijn zaak ziet en de spullen die hij verkoopt, ja, dat is andere koek. Je zou bijvoorbeeld gestyleerde Spaanse stieren in keramiek moeten maken, in felle kleuren (ik denk dan aan onze eigen fel oranje buffel) of in diepzwart en in diverse maten wegens het vervoer. Een artistieke herinnering aan de Spaanse eilanden, dat verkoopt als een gek… denk ik.

Oké, dat was het weer, namens Fieke veel liefs en hartelijke groeten, de diverse smakkerts, ook van de kleine en van mij.

Rimsky

maandag 16 februari 2009

Hoofdstuk 55: Spanningen

La Orotava, 7 juni 1973

Lieve allemaal,

Het laatste wat we van jullie gehoord hebben is via een brief aan Ed en Nora. En dat is alweer ruim een week geleden, een tijd geleden dus! Zelfs Rims hoort meer van jullie, zij het dan via prentbriefkaarten. Namens hem hiervoor heel veel dank...

Nou, het leven gaat hier verder zijn normale gangetje, wel lekker rustig.
Na het afscheid van Ton en Hanneke een verlichting. Fieke was zelfs blij en opgelucht.
Nee, op onze zak teren deden ze zeer beslist niet en ook gingen ze veel alleen op stap, maar de moeilijkheden lagen meer in het feit, dat zowel Ton als Hanneke voortdurend hatelijke opmerkingen maakten tegen Fieke. Alles wat Fieke vertelde (let wel, tegen mij waren ze totaal anders) was zogenaamd niet waar want ‘wat wist ze er nou allemaal van’ en uiteindelijk had ze ook nog nooit ‘iets meegemaakt’ en als zodanig kon ze nergens over oordelen!
Kortom, wat een leuke, gezellige avond had moeten worden (uiteraard bij Pablo in La Tranquilidad) ontaardde in een heftig meningsverschil over allemaal lulligheden. Zelf nam ik niet deel aan deze twist omdat ik languit op de achterbank van mijn auto lag te snurken. De wijn en vermoeidheid hadden hun tol geëist, gelukkig maar, ik hou niet zo van dat soort geruzie!
De reden is dat tussen ons een vervreemding is ontstaan, bijvoorbeeld omdat ze nog steeds dezelfde verhalen vertellen van zo’n twee jaar geleden, ze gewoon stil zijn blijven staan op het moment waar voor ons het 'avontuur’ begon. We kunnen echt niet meer bleek wegtrekken van verhalen over de uienoogst die mislukt is of dat de petunia’s dit jaar wat later zijn gaan bloeien door de aanhoudende regen etc. Nee, ik wil beslist niet de indruk vestigen, dat ze niet aardig zouden zijn, maar we zijn elkaar gewoon ontgroeid.

Ook Taurus heeft een stormachtige tijd beleefd.
Theo werd steeds stiller en kreeg zelfs een inzinking. Na een paar dagen van rust raakten wij plotseling in een gesprek en al snel bleek, dat Taurus ’bankroet’ was! Nou vraag ik je!
Na een urenlange gesprek bleek dat we ons in de nesten hadden gewerkt met onder andere Edward, wiens donkere kamer het zesvoudige had gekost van wat we hadden gepland. Daarbij nog opgeteld de kosten van de verhuizing van onszelf en de aanschaf van een composer (zetmachine), al met al, Theo wist er niet meer uit te komen.

Ook de onderlinge verhouding was niet meer zo prettig sinds ik had gevraagd, of we niet eens definitief konden horen wat de huur van ons kantoor moest kosten. Toen Theo echter mededeelde, dat dát al beslist was en wij 8.000 pesetas per maand moesten betalen (ik nog naïef vragen of het per jaar was) werd ik toch wel kwaad en attendeerde hem op het feit, dat financiële zaken toch op z'n minst even onderling bepraat konden worden. Toevallig stond ook Helen erbij en die kreeg prompt een hysterische huilbui en probeerde snotterend uit te leggen waarom ze zoveel vroeg, enfin, na die tijd was het uit met de liefde tussen Helen en mij. Ik kreeg zelfs geen kop koffie meer aangeboden...

Na een urenlang gesprek vonden we eindelijk een redelijke oplossing die ons voor zeker drie maanden veilig stelde (een overbrugging voor de slechte zomermaanden).
Helen, die steeds deelnam aan onze gesprekken liet al snel blijken, dat we Edward niet als (betaalde) zaak erbij konden hebben en toen ik haar duidelijk maakte, dat we zelf wel onze zaken konden regelen, nokte ze verontwaardigd af om de volgende dag voor een paar maanden naar Holland te vertrekken... maar volgens mij was dat al lang gepland, je hebt niet zomaar een ticket. Hoogst merkwaardig!
Inmiddels had Edward nog steeds geld tegoed van Taurus voor geleverd tekenwerk en ik dwong Theo min of meer om deze zaak nu eerst recht te trekken (wat inmiddels ook wel gebeurd is).
Verder zegde ik toe om Edward financieel te helpen met de aankoop van de donkerekamer apparatuur. En zo gebeurde het dat Edward binnen twee dagen helemaal geïnstalleerd was met een complete donkerekamerinrichting.
Enige tijd later, wéér na zo’n hopeloze financiële koorddanserij van Theo, stelde ik voor om de knoop maar door te hakken en voor mezelf te gaan werken. Hiervoor had Fieke zelfs al optie genomen op het appartement boven ons (tegen een leuke conditie) en Edward kon daar dan zonder één cent kosten ook intrekken.

In feite was het al een uitgemaakte zaak, we zouden de balans opmaken (de strop van de donkere kamer zouden Theo en ik samen dragen), orders afwerken en met schone lei beginnen. Wel apart, maar in samenwerking (uiteindelijk doen wij samen Donde y Que) maar dan wel voor eigen rekening.
Tot Edward een wending aan de zaak gaf met zijn mededeling toch de voorkeur te geven aan de ruimte in La Matanza, dit mede ingegeven door het feit, dat hij in La Matanza een leuk huis kon huren.
Toen ook Theo mij nog ervan overtuigde dat het toch veel verstandiger was om samen te blijven en ook liet zien, dat er voldoende uitstaande posten en orders waren en dat ook de huur van ons kantoor uiteindelijk aanzienlijk goedkoper was geworden, gaf ik toe en inderdaad, op dit moment gaat het allemaal een stuk beter.
Omdat Edward ons verzekerde zeker in La Matanza te willen blijven was dat meteen ook de oplossing om ooit de kosten van de verbouwing van de donkere kamer te terug te krijgen. Maar dáár wilde Edward weer niet aan, wél wilde hij maandelijjks huur betalen en hoe we ook praatten, hij wilde het maar niet begrijpen.
De situatie tussen Edward en ons werd zelfs gespannen, mede veroorzaakt door een prijslijst die hij voor z'n werk had gemaakt, krankzinnig hoge prijzen wel te verstaan...
Door zijn starre houding besloten Theo en ik de knoop door te hakken en betaalde ik contant aan Theo de helft van de kosten die gemaakt waren voor de aanschaf van de donkerekamer apparatuur en stelde dat Edward die, van nu af aan, kon afbetalen binnen 18 maanden. Daarna zou het van hem zijn. Hij had geen andere keus, want uiteindelijk kreeg hij een complete zaak in zijn schoot geworpen, met klanten en al.
Het was een keihard gesprek, recht door zee, op de man af. Het was kiezen of delen en ik wilde niet nogmaals met mijn rug tegen de muur... tot dikke tranen over zijn wangen stroomden... ach, toen had ik wel medelijden met hem en liet het maar zoals het was.
Een eigen zaak hebben valt niet mee en toch kan hij het makkelijk redden. Dat vertelde ik hem ook, maar ook, dat hij wel met beide benen op de grond moest blijven staan en niet meteen zo overdrijven met zijn prijzen die beslist omlaag moesten.
’s Avonds kwam hij bij ons thuis (na een lange tijd) en we hebben er nogmaals redelijk over gesproken en hij zag het nu zelf ook allemaal beter in en zou proberen om zijn verplichtingen na te komen. En méér dan dat verlangen we niet. En zelf geloof ik stellig, dat ’n beetje krap zitten in het begin nooit kwaad kan. Van hard werken heeft uiteindelijk nog niemand een scheve neus gekregen...

Ook de vakantieplannen van ons hebben een totaal andere wending gekregen. We komen niet naar Holland. Na diverse rekenpartijen kwamen Fieke en ik tot de slotsom, dat 2.000 gulden wel wat overdreven was om Holland terug te zien. En dat voor twee weken. We zullen proberen om een goedkope reis te krijgen (chartervluchten kennen ze hier niet, maar er zijn mogelijkheden via reisleiders) en dan kunnen we altijd nog een weekje naar Holland.
Wel gaan we onze vakantie versnipperen over lange tot zeer lange weekenden en gaan dan een paar Canarische eilanden bezoeken en een reis naar Afrika (Marrakech) maken. Alles met het vliegtuig uiteraard. Heen en terug met de auto naar Holland (wellicht iets goedkoper) vind ik toch wel een eind.

Fieke heeft zich enige tijd geleden laten verleiden om de ’Romeria’ mee te vieren, een feest waarbij iedereen uit La Orotava verkleed in klederdracht in de optocht meeloopt, zingt en vooral veel wijn drinkt. Dat wijndrinken gebeurt uit een wijnzak die, hoog boven je mond, in een dunne straal je mond hoort in te lopen. Als beginneling wil het wel eens verkeerd gaan!


Dit was het weer. Schrijf eens gauw terug (Martin en Ina heb ik ook maar weer eens geschreven) en tot mijn volgende brief wens ik jullie alvast veel liefs, ook namens Fieke. En de kleine natuurlijk, die nog steeds buiten speelt en het hem verder allemaal een zorg zal zijn...

Rimsky

vrijdag 13 februari 2009

Hoofdstuk 54: Fondue

La Orotava, 29 mei 1973

Lieve allemaal,

Na het telefoongesprek van vanmorgen klim ik nu maar in de pen om wat uitvoeriger te vertellen over onze lotgevallen tot op heden.
Ton en Hanneke zijn bij ons op vakantiebezoek en ook dit loopt morgen ten einde. Ik geef deze brief morgen met ze mee zodat jullie sneller dan ooit mijn post ontvangen.
Naar het zich laat aanzien hebben beiden een prima indruk gekregen van Tenerife en ze zijn, dacht ik zo, erg enthousiast. Ook met Pablo hebben ze kennis gemaakt en die heeft niets nagelaten om het zoveel mogelijk naar hun zin te maken. Diverse etentjes, een dag naar San Marcos (de baai met het zwarte zandstrand) en een feestje. Maar Pablo vindt altijd wel de een of andere reden om een feestje te brouwen!

Gisteravond hebben wij echter iets teruggedaan en dat in de vorm van fondue bourguignon. Ik denk dat Pablo wel honderd keer Fieke complimenten heeft gemaakt, want het was voor hem en zijn vrouw Beatrice de eerste keer dat ze met fondue kennis maakten en ze vonden het heerlijk. En natuurlijk moet hij nu ook zo'n pan hebben! Goeie vent die Pablo.
Onder het eten kwamen Ed en Nora ook nog even langs en ze moesten natuurlijk direct aanschuiven. Het was wel een gehannes met de vorken (uiteindelijk hebben we maar zes vorken en we waren plotseling met z’n achten) maar als je al zo'n drie liter wijn er doorheen gejaagd hebt maakt het eigenlijk ook niet meer uit met wie z’n vork je eet..!

Op zeker moment kwam er het voorstel van Beatrice of Nora misschien bij haar wilde komen werken.
Ze heeft namelijk een ‘fruteria’, een soort fruithandel waar groente en dergelijke wordt verkocht, en ze kon best wel iemand gebruiken.
Dus vanmorgen zou het direct de eerste dag voor Nora worden, dat betekent verdienen, als eerste van ons allemaal een werkvergunning en de taal leren. Want omdat die fruteria midden in Puerto de la Cruz ligt komen er, naast toeristen, ook veel Spaanse klanten.
Ook ligt het in de bedoeling dat Nora dan met de Peugeot van Pablo bestellingen op en af moet halen.
't Lijkt me best leuk en Nora was zó enthousiast dat ze zowel Beatrice als Pablo om de nek vloog. In ieder geval is het stukken leuker dan de hele dag thuis zitten.


Edward zijn donkere kamer is nu ook helemaal klaar en ingericht en hij heeft het er maar goed druk mee. Er waren weliswaar nog enige moeilijkheden wat het apparatuur betreft, maar ook dat is opgelost en hij heeft er veel schik in.


Met Theo zijn er overigens wat moeilijkheden gerezen, niet direkt een conflict, maar hij is met alles zó laks. Ook het afrekenen met Edward schuift hij steeds op de lange baan en ik heb dan ook een ultimatum gesteld, als er niet vlotter betaald wordt, dan kap ik er mee en ga voor mezelf werken.
Hoewel ik natuurlijk niet op de zaken vooruit wil lopen is het plan wat Fieke had zo gek nog niet, het lege appartement boven ons huren en er dan bijvoorbeeld samen met Edward te gaan werken.

Mijn Ford Consul heeft het begeven en staat nu voor de deur met een versleten krukas. Ik kan er wel mee rijden, maar het maakt nogal wat herrie. Ook de remmen zijn niet betrouwbaar meer. Ze doen het wel, maar pas na een paar keer pompen. Dat is een lange tijd goed gegaan maar het wordt steeds slechter. De remleiding is lek en aangezien de wegen hier net zo vaak omhoog als omlaag gaan zit je dus de halve weg constant te pompen. Maar alles repareren kost meer dan de aanschafprijs en dus heb ik besloten de Consul maar van de hand te doen!

Fieke heeft nu dagelijks autorijles en dat gaat, wonder boven wonder, uitstekend. Ze krijgt zelfs vaak complimenten en het zal zo lang niet duren of ze zal wel rij-examen moeten doen. Maar eerst nog theorie-examen, uiteraard in het Spaans! Als ze daarvoor slaagt dan mag ze naar Santa Cruz om het officiële rij-examen af te leggen. Als dat allemaal lukt dan zijn de plannen om een Seat 600 te kopen, want Fieke wil natuurlijk wel graag ééns beginnen met werken. En zonder auto is dat vrijwel onmogelijk.

Met de kleine Rims gaat het eveneens uitstekend, hij is helemaal bezeten van zwemmen en is niet uit het water te branden. Zijn laatste rapport was goed, maar hij vindt het nog steeds ‘klote’ om naar school te gaan.

Ook de schrijfmachine is weer gemaakt (door een vriend van Pablo en dan ook nog eens voor niets) en mijn vulpen ook! Er kan dus voorlopig weer heel wat geschreven worden, hoewel déze brief echt zijn voltooiing nadert.

Hebben jullie nog iets van Martin en Ina gehoord? Wij al tijden niet en ik geloof daarom nooit meer iets van ze te horen. Wij begrijpen het allemaal niet zo goed.
Inmiddels zijn we aan het idee gewend geraakt, het is reuze jammer dat het zo gelopen is, maar als je helemaal afhankelijk bent van anderen om iets op een ver vreemd eiland te beginnen, terwijl die mensen ook normaal moeten werken om de kost te verdienen, ja, dan kan het niet anders als misgaan met de vriendschap. Jammer, jammer…

Ondervond Fieke bijvoorbeeld ook met Ton en Hanneke, zelf hebben wij enorm veel meegemaakt, je leeft totaal anders, terwijl zij dan zijn blijven stilstaan lijkt het wel. Ze hebben in die tussentijd niks meegemaakt, alles is nog hetzelfde gebleven. Nee, geen woord kwaad over ze, maar het is gewoon opvallend. Maar hoogstwaarschijnlijk vinden zij onze levenswijze ook meer dan vreemd!

Tot zover deze brief. Ook namens Fieke en de kleine drol het allerbeste toegewenst.

Rimsky