woensdag 25 februari 2009

Hoofdstuk 59: Rij-examen

La Oratava, 2 augustus 1973

Lieve allemaal,

Twee dagen geleden heeft Fieke voor de tweede keer praktijk-examen gedaan. Ze had nog wat extra lessen genomen en voelde zich, ook misschien omdat ze nu wist wat haar te wachten stond, zelfverzekerd. Voor alle zekerheid hebben we toch nog maar een kop koffie mét gedronken en of dát de reden is zullen we nooit weten, maar Fieke heeft het gehaald… en ze was uitgelaten van blijdschap. Ik vind het bijzonder knap om, als buitenlander, een rij-examen in Spanje te halen, temeer daar ze ook het theoretische gedeelte zonder fouten heeft gehaald! Chapeau!
Over een week of zo kan ze haar ’permiso de conduccion’ oftewel haar rijbewijs ophalen.
En nu dus op zoek naar een auto. Van Andrès hadden wij gehoord dat de Seat 600 binnenkort uit produktie zal worden genomen en het misschien verstandig zou zijn om ook naar andere auto’s te kijken. En dat hebben wij dan ook gedaan. Erg gecharmeerd was Fieke van de Sunbeam Imp (de Engelse Hillman) en dat vooral door het feit dat je het achterraam omhoog kunt klappen om je boodschappen op te bergen, hoewel er ook een kofferdeksel is. Het is een sportieve auto, je zit laag in lekkere kuipstoeltjes en het rijdt uitstekend.


Hoewel er een paar dagen overheen gegaan zijn, schrijf ik nu maar weer verder.
Fieke heeft, als eerste daad, haar rijbewijs en pas daarna haar auto opgehaald zodat ze meteen mocht rijden en hij staat nu voor de deur te glimmen. Ze is zo trots als een pauw en terecht, het is een heel leuke auto om te zien en prettig om te rijden. Wij hebben direct wat foto’s gemaakt en bijgaand stuur ik ze op.


Voor Fieke begint nu de mogelijkheid om voor ons te gaan werken, hoewel ze natuurlijk al bezig was. Theo heeft haar niet direct de meest leuke klusjes gegeven en zo moet ze dus proberen om rekeningen te incasseren bij de adverteerders in Donde y Que. En warempel, ze heeft nog succes ook want vrijwel iedereen betaalt meteen. En dat is bij Theo anders, ik heb sterk het vermoeden heb dat hij, als er ook maar iemand in zo’n zaak staat, er gewoon voorbij loopt. Met het idee van ’morgen is er weer een dag!’
Merkwaardig is het dat Theo wel graag aquisitie pleegt maar het vreselijk vindt om geld te incasseren en bij Fieke is het net andersom. Toch heeft ze al een paar klanten binnengebracht zoals Pablo met zijn bar La Tranquilidad en Vincente met zijn Cerámica La Calera.



Vincente heeft Fieke leren kennen in de bar van Pablo en toen zij hoorde dat hij een keramiekzaak had heeft ze hem meteen gestrikt om bij ons te adverteren. Inmiddels is het een goede kennis waarmee wij, als hij op Tenerife is, regelmatig optrekken. Hij woont officieel in de omgeving van Malaga met zijn gezin en heeft daar eveneens een keramiekwinkel. Verder speelt of speelde hij ook nog trombone, maar of hij daadwerkelijk in een orkest zit of zat is mij niet geheel duidelijk geworden. Wel doe ik hem, als hij bij ons komt, groot plezier met het draaien van klassieke muziek. Voor mij dus ook meteen een mooie gelegenheid om naar klassieke muziek te luisteren. Vooral de Manfred Symphonie van Tschaikofski met veel koperwerk, ja, dat vind hij prachtig! En terecht!

Met Edward gaat het op het moment vrij goed, hij heeft het reuze naar zijn zin en komt regelmatig bij Fieke op bezoek, vloekend op alles wat maar op een Spanjaard lijkt. Dom en onbetrouwbaar vindt hij ze, maar ik denk persoonlijk dat hij ze gewoon niet begrijpt of verstaat. Zo kan hij enorm tekeer gaan over de garage waar hij zijn auto in onderhoud heeft, elke keer als hij daar vandaan komt rijdt de auto minder goed en als dát weer is hersteld komt er weer een nieuw probleem. Maar ja, als je die garage ook ziet… maar hij is erg goedkoop en dat spreekt Edward wel aan.

Voor de rest gaat alles normaal verder, met de kleine gaat het uitstekend, met Fieke gaat het eveneens uitstekend en met mij gaat het ook al goed. Druk, dat wel, maar wel prettig druk.

Ik wens jullie veel liefs, ook namens Fieke en Rims,

Rimsky

maandag 23 februari 2009

Hoofdstuk 58: La Palma

La Oratava, 12 juli 1973

Lieve allemaal,

Nou, eindelijk was het zover. Fieke moest haar rij-examen in Santa Cruz afleggen. Het afrijden gebeurt op een groot circuit waar alle verkeerssituaties aangebracht zijn zoals een hellingproef, parkeren op een hellende weg, achteruitrijden tussen obstakels, kortom, een hels karwei voor iemand die met de zenuwen in zijn lijf examen moet doen. Zeker met een vreemde examinator naast je. Het instappen ging nog goed, maar na het starten van de auto ging meteen alles verkeerd wat maar enigszins verkeerd kan gaan. Het waren de zenuwen die opspeelden. Beslist geen schande. Na afloop zijn wij bij het koffiehuisje op het terrein nog iets gaan nuttigen en daar ontdekten wij het grote geheim… er werd daar koffie met cognac geserveerd en dan met name aan degenen die nog het examen moesten afleggen. Na een, twee kopjes koffie mét heb je geen last meer van de zenuwen!!!
Enfin, over twee weken moet ze weer opnieuw examen doen, het kost natuurlijk wel weer inschrijvingskosten, maar dat nemen we maar op de koop toe. En natuurlijk een mooie tijd om nog wat te oefenen, en dan bedoel ik natuurlijk niet het koffiedrinken mét… maar lessen.

Inmiddels zijn wij ook naar La Palma geweest. We stonden op het vliegveld voor de uitgang naar de bus die je naar het vliegtuig brengt en wie schetst onze verbazing toen wij plotseling oog in oog stonden met Carol, die op weg was naar haar huis op... La Palma! Toen ze hoorde dat wij voor een paar dagen naar La Palma gingen en ook nog een hotel moesten zoeken drong ze er op aan om bij haar te komen logeren. Ze vond het veel te leuk om ons weer te zien en ze zou ons met haar auto het hele eiland rondrijden en alles laten zien. Alleen dan, verzekerde ze ons, zouden wij La Palma goed leren kennen. Op het vliegveld stond haar vriend met zijn auto te wachten en wij konden eigenlijk niet meer ’nee’ zeggen.
Als eerste gingen wij naar een vulkaan die kort daarvoor was uitgebarsten. Vanaf Tenerife konden wij inderdaad een maand ervoor de gloed van die uitbarsting zien. En nu stonden wij aan de voet van die vulkaan, nog narommelend met hier en daar wat vuur en rook, heel veel rook. Best angstig eigenlijk.


Vulcanologen hadden van te voren precies voorspeld welke vulkaan een uitbarsting zou krijgen (er zijn er verschillende) en dus werd het dorp ernaast met spoed geëvacueerd. Maar toen de voorspelde uitbarsting plaats vond bleek het een heel andere vulkaan te zijn en dus konden die dorpelingen weer terug naar huis. Het zijn en blijven natuurlijk wel Spáánse deskundigen!



Het logeren bij Carol was prima, ze zorgde goed voor ons, we maakten veel tochten, reden langs de ruige kusten, lunchten op de zwarte stranden, bezochten wijnkelders, maakten kennis met vrienden van haar, aten elke avond in restaurants en gingen uit.
Een enorme indruk heeft ons bezoek aan de grootste krater van de wereld gemaakt, een natuurpark met uitzonderlijke bomen en immense afgronden.


Heel anders als de krater van Tenerife die grotendeels uit zand en gestolde lavavelden bestaat. Het eiland wordt in het midden gesplist door een gebergte waardoor een tunnel is uitgehouwen. Niet meer dan dat, het is ruw en het water stroomt langs de muren omlaag. Het is rijden met ruitenwissers aan… allemaal bijzonder indrukwekkend. Maar na een paar dagen moesten wij weer terug en toen ik eenmaal in het vliegtuig zat en niet lang erna El Teide in de verte beneden mij zag kreeg ik een brok in mijn keel en moest (stiekem) een traan wegpinken. Voor het eerst in mijn leven had ik heimwee en ik besefte toen pas waarom ik maar niet dat blije gevoel kreeg op La Palma. Ondanks alle gastvrijheid en vriendelijkheid en het prachtige eiland. Merkwaardig.




Maar we zijn weer thuis, het leven gaat door, we hebben het druk, het weer is fantastisch, wat wil een mens nog meer? Vanuit La Orotava groet ik jullie, namens Fieke en de kleine Rims een flinke kus en daarbij sluit ik mij ook maar aan.

Rimsky

Hoofdstuk 57: Brief van Fieke

La Oratava, 20 juni 1973

Lieve papa, mama en Ronald,

Dat is een schrikkertje hè, zomaar weer een brieff van mij. Het begint al meteen met tikffouten en gelooff me, het eind daarvan is voorlopig nog zoek. Heel hartelijk bedankt in de eerste plaats voor de ffijne brieven van jullie allen en voor al de opgestuurde lektuur (Edward heefft even de typemachine geleend, ik heb hem laten maken en was weer perffect en gvd het ding hapert alweer bij de F, mocht hij de machine gebruikt hebben om brieven te schrijven dan kan ik hieruit wel concluderen dat hij de F veel gebruikt heefft en dat misschien door vele malen mijn naam genoemd te hebben). Enffin, als het erg vervelend wordt dan sla ik de F gewoon over, het lijkt wel off ik stotter.
Ach, het geval wat Rims jullie verteld heefft over Ton en Hanneke is, vrees ik, niet helemaal goed verteld. Het zijn ffijne en lieve mensen, ze hebben alles over voor je, ze sturen boeken op en en etensspulletjes en niet alleen voor mij, maar nu ook zelffs een ffonduepan voor Pablo, maar ja, het hele ffeit draait erom dat ik me aff en toe vreselijk kwaad heb gemaakt om de gebruikelijke ’kleine’ dingen.
De zogenaamde Ton en Hanneke-jokes, daar kon ik niet (meer) tegen. Elke dag hadden ze wel een opmerking die me een dreun gaff. Bovendien ben ik er niet zo gek op als je altijd maar een toestand off een omstandigheid gaat vergelijken, ik bedoel zoals het vergelijken van iemands salaris off de mogelijkheid van een bepaalde levensstandaard te volgen en die te vergelijken met een ander die het, hoewel in bedekte termen gezegd, maar waar het wel op neer komt, minder goed hebben dan zij. Het elke dag wijzen op je ’fouten’ zoals zij die zien, wordt eveneens vervelend. De sneren en de vaak hatelijke opmerkingen over mijn familie (de f doet het weer!!!). Natuurlijk zie ik vele waarheden wel onder ogen wat het laatste onderwerp betreft, maar het ligt er wel aan op welke wijze die je duidelijk worden gemaakt. Het is zo makkelijk om alles af te kraken, vind ik. En daarbij komt dan nog hun uitgesproken slordigheid. Ik had het huis nog niet aan de kant of het was me overal een bende zoals asvlekken op het tapijt, een gat in mijn tafel en bij dat alles kwam nog hun eigenwijsheid. Als je zelf al zo eigenwijs als de neten bent dan botst dat behoorlijk. En dit alles kwam op de laatste avond bij Pablo op een nogal heftige manier naar buiten toen ze beweerden dat ik nergens over oordelen kon wat betreft de Spaanse mentaliteit op dit eiland, daarbij vergelijkend de Duitse mentaliteit en weet ik al niet meer en zij mij begonnen te vertellen hoe het wel was, dat ze dat wel inmiddels gezien hadden in die twee weken en dat ik toch niets meegemaakt had om een dergelijk vergelijk te kunnen trekken. Want zij hadden in hun kleine huisgezinnetje en de badmintonclub meer meegemaakt, enfin, een geraaskal over en weer waarin ik me als een dronken rebel aanstelde en wat zij opvatten als ’och, het is Fieke maar die het zegt, want we kennen haar zo goed, ze is zo lekker dom, maar je kan er wel mee lachen.’ Zoiets windt me namelijk vreselijk op, ik laat hun toch ook in hun waarde? Hoewel ik in mijn boosheid, toen hij mij adviseerde dat ik geen zaken moest doen als ik er geen verstand van had (geval verkoop stal) en vooral toen hij opperde dat hij, door zijn werk, er wel veel verstand van had de opmerking niet voor me kon houden of een bankbediende iets met zaken te maken had? Ik schrok er eigenlijk zelf. Ik was blij dat ze weggingen, maar zij zelf ook. Toch zijn het goeie mensen, zo moesten ze allemaal zijn, dacht ik, maar helaas kan ik er niet meer goed mee overweg. Men praat hier op het eiland over mensen die hier al langere tijd verblijven over een ’eiland-tic’ en het overkomt iedereen blijkbaar, hoewel Rims en ik ons als buitenbeentjes beschouwen omdat we daaraan niet zouden lijden, maar ik geloof toch wel dat er enige symptomen aanwezig zijn.

Nou met Ed en Nora gaat het goed, alhoewel de eerste aanraking met het Spaanse bedrijfsleven voor Nora helaas op een fiasco uitliep. Tja, de Spaanse mentaliteit, en daar blijf ik toch bij, is anders als de Hollandse en daar moet je aan wennen of je went er nooit aan. Maar dan wen je op Tenerife ook nooit.

Met Rims en Theo is alles weer koek en ei. Na een gevaarlijk dieptepunt, waarbij de vriendjes elkaar vaarwel zouden zwaaien en waarbij uitkwam dat Theo zowel letterlijk als figuurlijk tegen de muur zou komen te staan, mede door het vertrek naar Holland van Helen die hem in de steek liet. Na veel wikken en wegen en een paar flinke waarheden gezegd te hebben, zijn ze beiden weer op het (goede?) spoor geraakt om alsnog samen door te zetten met de gedachte, dat elke zaak in het begin zijn dieptepunt meemaakt.
En zo is dan ook het bovenappartement weer terug in handen van de huurder van deze urbanisatie. De eisen van Helen in La Matanza werden redelijker en dus bleven ze maar waar ze waren. En ik moet zeggen, er zit iets meer schot in en ik begin er zelf ook nog in te geloven. Dit is in zoverre belangrijk dat bij mij mijn handen en voeten zo langzamerhand beginnen te jeuken om zo vlug mogelijk bij hun in te stappen en hun te helpen, in zoverre ik dat kan.
Mijn eerste klant heb ik al geworven, lach niet, dat is Pablo. En ik heb nog meer gegadigden op mijn lijstje staan en Rims is er tuk op dat ik er zo gauw mogelijk inspring. Ik doe daarom ook mijn uiterste best om mijn rijbewijs te halen, waardoor mij een Seat 600 of welke ik maar wil hebben in het vooruitzicht wordt gesteld. Voor dat doel onontbeerlijk omdat een bus te veel tijd en een taxi te veel geld kost, rekening houdend met de kleine natuurlijk.
Nou, en dat rijbewijs halen is me wat. Terloops kreeg ik namelijk te horen dat ik twee examens doen moest, één examen in je eigen woonplaats om op te mogen voor het tweede in Santa Cruz. Daarbij is de theorie het belangrijkste. Haal je dat niet in je eigen woonplaats, dan mag je niet in Santa Cruz afrijden. Toen ik na 8 uur rijden, wat trouwens erg goed ging, vroeg of ik eindelijk examen mocht doen zaten ze me schaapachtig aan te kijken en vroegen me of dat niet iets te vroeg was, omdat ik haast nooit op de theorielessen kwam en aangezien ik een buitenlandse was… Enfin, alle boeken aangeschaft die er maar te vinden waren op dat gebied en ik maar leren… elke dag van ’s morgens vroeg tot het naar bed gaan toe, want wel werd me duidelijk gemaakt dat ik geen vocabulaire gebruiken mocht.

Nou, vanochtend heb ik mijn plaatselijke examen gedaan en… ja, gehaald! Op 11 juli moet ik nu in Santa Cruz afrijden en God-sta-me-bij, ik wil het in één keer halen. Hoe eerder namelijk mijn auto, hoe eerder weer werken.

Nee, in de stallen ziet niemand mij meer. Afgelopen zaterdag heb ik nog een dagrit gemaakt bij de stal in Puerto de la Cruz en halverwege moest ik de auto ingedragen worden van de hoofdpijn. Huilend ben ik naar bed gegaan en Rims zou eventjes beneden gaan afrekenen en mijn tas ophalen. Wat niemand van ons wist was dat er een barbecue-party gegeven werd voor de ruiters in de een of andere villa onder de palmbomen van La Romantica. Enfin, Rims heeft dat wel meegemaakt en ik lag op mijn bed. Ik kan het nog niet uitstaan als Rims daar weer over begint.

Met onze eigen stal zijn er steeds grotere problemen. Die ’Klotsack’ van een Helmut wil zijn restant niet betalen en we hebben de zaak in handen gegeven van een advocaat. We wilden die ’cabron’ nog tegemoetkomen met een aflossing in maandelijkse termijnen maar die ’Lausenfresser’ wil zelfs dat contract niet tekenen. We gaan het dus nu voor het gerecht gooien, dus dat wordt weer afwachten geblazen. Ik krijg er wel wat van hoor, want nu loop ik weer elke dag naar die advocaat en dat is iets waar ik zo de p aan heb. Maar ja, je gooit het niet zomaar weg, zo’n poepie geld. Maar daar kunt u wel over meepraten!

Ed en Nora hebben een schattig huis in La Matanza, ruim en gezellig, niet te vergelijken met wat ze hadden. Ja, ik hoop echt dat jullie dit jaar nog eens hierheen komen, want ik ben bang dat er van vakantie naar Holland van onze zijde niets komen zal. De plannen waren zeer groot, zoals gewoonlijk, maar het gaat ons zowel met het vliegtuig als met de boot zo’n paar duizend gulden kosten. Het feit is namelijk dat je hier vandaan geen charter kan krijgen en dus met een lijnvlucht moet en dat is al zon fl. 900,- per persoon. Het maakt natuurlijk niet uit of we een week of een maand dan in Holland blijven, want de vliegkosten blijven hetzelfde. Maar Jan en Loes zijn op dit ogenblik ook in Holland en hebben voor de reis per persoon fl. 210,- betaald via een reisleider die de tickets bij Transavia heeft geritseld. Kijk, dan is het de moeite dubbel en dwars waard. Die blijven dan ook een maand weg. We hebben het goed uitgerekend wat het verschil zou zijn als je met het vliegtuig of met de auto en boot zou gaan. In het laatste geval wil je zoveel mogelijk zien en je hebt je overnachtingen en eten onderweg. Nogmaals, als we net zo’n reisje zouden kunnen organiseren als Jan en Loes dan staan we onmiddellijk met onze koffers voor uw deur en we gaan dit ook werkelijk proberen. Dat alles wil echter niet zeggen dat we er niet op uit gaan, want voor dit weekend, dus a.s. vrijdag, heb ik tickets gekocht voor een vlucht naar het eiland La Palma waar wij enkele dagen willen blijven om het eiland goed te leren kennen. Het enige trieste is dat, toen ik dat zo even bekend maakte de kleine in snikken uitbarstte, want hij was bang om te vliegen zei hij. Nou, zei ik, dan gaan we met de boot. Néééé, riep hij, dat helemaal niet en vertelde daarna dat hij bang was dat we nooit meer terug konden, en dat vond hij zonde van al zijn speelgoedauto’s en van papa zijn auto. Het zal me nog een drama worden met hem, daar op het vliegveld.

Binnenkort heeft hij ook vakantie, hoewel hij al elke dag thuiskomt met ’de juffrouw heeft gezegd mañana no collegio’. Dus dan houd ik hem maar thuis, hoewel ik vrees dat hij me maar wat voor zit te liegen. Hij speelt de hele dag met die kinderen hier beneden en heeft het daar zo naar zijn zin dat ik hem zelfs ’s avonds voor het eten, en dat is pas om half negen, niet naar binnen krijg.
Ik heb hem wel deze week een flinke afstraffing moeten geven want hij luistert helemaal niet meer naar ons, doet zijn eigen zin en scheldt ons uit voor klote vrouw en klootzak, ligt hysterisch op de grond te spartelen en alles kapot te gooien als hij zijn zin niet krijgt, vooral wat de snoepjes betreft, en dat gaat natuurlijk niet. Het gaat nu gelukkig weer goed, maar af en toe moet je hem wel de baas blijven. Maar in alle opzichten is het verder een prachtknul. Het enige waar hij nog over zeurt is dat hij een ’klein babymeisje’ wil hebben. Rims maakt zich er altijd mooi van af door te zeggen: ’Ik teken er wel een voor je!’ De drol. Meneer had gisteren een vergadering en kwam om 4.00 uur ’s nachts thuis. Hoe zal ik niet vermelden want dat raadt u wel, maar had het bijzonder naar zijn zin gehad. Hij had veel nieuwtjes te vertellen hetgeen hem bijzonder verheugde, want we zijn de laatste tijden nauwelijks weg te slaan van huis, behalve dan de contacten met Pablo, onze wekelijkse bioscoopbezoeken met Pablo en zijn vrouw en af en toe een etentje buitenshuis, maar dat vertelt ons nog niet wat er zoal gaande is in het Sodom en Gomorra van dit eiland. Hij was gisteren weer behoorlijk op de hoogte gebracht en het toppunt van zijn avontuur was dat hij met Theo een rekening bij één van de grootste restaurants zou gaan innen en daar aangekomen stond de hele boel in vuur en vlam! Tot op de grond afgebrand. En het was nog wel zo’n hoge rekening… dag geld… dag restaurant. Tja, het kan raar lopen oftewel je moet maar pech hebben.

Met onze papieren gaat het ook goed. Ze liggen dit keer weer in een andere la, nu van een advocaat. En Rims zijn paspoort is op dit moment in Holland om verlengd te worden en ligt daar nu ook al een maand. Als je alles gehad hebt krijg je dat ook nog. Wil je alles eindelijk naar behoren regelen, dan heb je geen paspoort meer. Ik geloof dat Rims zijn eigen paspoort hier op Tenerife alleen in zijn bezit heeft gehad toen hij hier aankwam, want verder heeft hij het al die tijd niet meer in zijn bezit gehad omdat ze zijn documenten wel ’even’ zouden regelen. Maar het is Spanje en met dat al zit hij nog steeds (ja, ik ook hoor) illegaal hier en als klapstuk nog zonder paspoort ook. Oh, zegt hij dan, mij kan niets gebeuren. Claro, ze kunnen hem zonder paspoort niet eens het land uitzetten! Maar goed, het zal allemaal wel rech kom, maar je moet wel engelengeduld hebben.

Wel, ik hou er mee op want ik ben afgepijgerd of afgepeigerd, ik weet niet hoe je dat schrijft. Heel veel groeten, veel liefs en tot spoedig.

Fieke

Hoofdstuk 56: Rijlessen

La Orotava, 16 juni 1973

Lieve allemaal,

Zomaar in ruim een week tijd van iedereen een brief, het kan niet op. Daarnaast nog een hele verzameling ansichtkaarten voor de kleine, al dan niet voorzien van een poot van Humphrey of Moekie (of hoe die gelaarsde kat ook mag heten) en als klapstuk nog een verzameling Panorama’s. Voor dit alles onze hartelijke dank.
Met een extra compliment aan papa (en dan te denken dat je altijd zei niet te kunnen schrijven, kom, kom...).

Fieke zit op dit moment tegenover mij aan tafel en zit van ’s morgens vroeg tot bedtijd toe te studeren voor het aankomende rij-examen. Daar komt heel wat bij kijken. Theorie blijkt behoorlijk lastig, zeker in het Spaans en ik hoor haar dan ook constant zuchten, steunen en vloeken. Ze is het dan ook helemaal niet eens met wat er zoal voorgeschoteld wordt. Ze probeert mij er steeds van te overtuigen dat de dingen zo onlogisch in elkaar zitten, alsof ik er wat aan kan doen! Zaak echter is dat ze het haalt, en dat geloof ik wel.
In ieder geval ligt het hele huis bezaaid met autofolders, maar de keus is in principe al gemaakt. Mede door de prijs en omdat ze er ook les in krijgt zal het wel een Seat 600 worden. Deze mobiele koektrommel is nu eenmaal de goedkoopste in een Especial uitvoering.

Zo, na even aan een glaasje Tia Maria genipt te hebben ga ik weer verder.
Nora heeft haar baan bij Beatrice alweer vaarwel gezegd. Het beviel haar de laatste tijd niet meer zo goed en Beatrice was ook niet meer zo aardig tegen haar.
Na een gesprek die wij hadden met Pablo en Beatrice op onze wekelijkse bioscoopavondje bleek dat Nora (in haar beste Spaans) iets tegen Beatrice had gezegd over de perzikprijzen. Maar over het hoe en wat krijgen we niets te weten van Pablo of Beatrice.
Jammer voor Edward, want juist nu zou het prettig zijn geweest als er ook door Nora wat geld binnen zou komen. Hij zit voor hoge maandelijkse lasten (hij heeft overigens wel veel werk, maar ook hier moet je wel eens lang op je geld wachten). Maar allez, het zijn natuurlijk hun eigen zaken… Nee, natuurlijk laten we ze niet vallen en helpen zoveel mogelijk.

Met de kleine boef gaat het uitstekend, hij is wel enorm eigengereid (ik mag niet eens meer aan mijn eigen pick-up zitten) maar dat brengt denkelijk zijn leeftijd mee. Over ruim twee maanden alweer 6 jaar!

Als alles meezit gaan we volgende week weer eens vliegen. Naar La Palma, naar men zegt één van de groenste eilanden met de grootste krater van de wereld. Dat gaan we dus maar eens op waarheid controleren.

Gisteren, zaterdag dus, is Fieke weer eens op het paard geklommen, niet zozeer als beroep maar eerder als ontspanning. Op één van de paarden uit Frank zijn stal. Voor Fieke was het die dag geen echte ontspanning, ze had namelijk behoorlijke last van migraine. Ze kwam dan ook huilend thuis en kroop meteen in bed. Toen bleek dat ze haar tas op de Plaza Toros had laten staan bood ik aan om naar beneden te rijden en ook meteen af te rekenen. Pablo, die ook mee was met die rit zou, volgens afspraak, door Fieke naar zijn restaurant worden gebracht omdat hij om zeven uur weer in La Tranquilidad moest zijn (zaterdag is de drukste avond voor hem), maar ze kwamen pas om half acht terug van de rit. Met alle ruiters, veel Hollanders en nog wat Duitsers, gingen ze (en ik dus ook) nog even wat drinken bij de Steakhouse. Na enige afzakkertjes genuttigd te hebben vertrokken we om vervolgens terecht te komen in de een of andere bungalow in La Romantica voor een barbecue-party onder de palmbomen. Want zo gaat dat hier, je weet een uur van te voren nog niet waar je allemaal terecht komt!
Kortom, toen wij eindelijk naar Pablo zijn zaak terugreden was het inmiddels half twaalf en geen auto kon de straat meer in, zo druk was het in zijn bar. Maar dat kon hem helemaal niets bommen, want, zo zei hij, je leeft maar een keer en in die tijd moet je zoveel mogelijk ervaringen opdoen. En, zo zei hij, tenslotte heeft hij niet voor niets hulp en zijn vrouw is er ook nog… en zo kan je het natuurlijk ook bekijken!

Met Taurus, dus ook met Theo, gaat alles weer goed, wij hebben vrij veel werk en het tweede nummer van ons blad is weer een reuze succes. Niet in de laatste plaats heeft ook Edward er aan bijgedragen, want de voorbereiding en de opmaak is voor mij nu stukken prettiger geworden. We hebben nu letterlijk alles in eigen hand en het enige wat de drukker nog hoeft te doen is drukken. En dat heeft hij werkelijk keurig gedaan, hij heeft er zelfs een nieuwe drukker voor aangenomen en als het zo blijft gaan is het een mooie kurk om op te drijven.

En wat de stal betreft, uiteraard is het niet de bedoeling dat Fieke er weer gaat werken, ze kijkt wel uit… de enige moeilijkheid is dat die Helmut ons nog steeds een bedrag schuldig is en nu zegt het niet te kunnen betalen. Wij van onze kant hebben toen maar voorgesteld om er dan een afbetalingsregeling van te maken en door een advocaat is er een goed contract in elkaar gezet. Maar nu weigert Helmut het contract te tekenen. Waar hebben we dat ook alweer meegemaakt..?
Toch zal hij dat niet lang kunnen uitstellen want we zijn zonder meer van plan om er een zaak van te maken. Wij hebben tenslotte nog een door hem getekende schuldbekentenis. Alleen is het vervelend dat Heinz en Achim daar weer de dupe van worden, want die hebben wél alles keurig betaald. Blijft ons niet veel over dan af te wachten wat er zoal gaat gebeuren.

In ieder geval concentreren wij ons op dit moment meer op Taurus, uiteindelijk zit daar onze broodwinning en als we het geld alsnog van Helmut ontvangen dan is dat mooi meegenomen. In geen geval zijn we van plan om zenuwpatiënt te worden…

Je verzoek om weer naar Martin en Ina te schrijven heb ik ingelost en een, naar mijn mening, prettige brief geschreven. Tot nu toe heb ik nog geen reactie gehad en misschien stellen ze het niet eens meer op prijs om mijn brieven te ontvangen.
Met de verkoop van Ina’s creaties loopt het nog steeds niet, er is weinig animo voor en de prijzen liggen, voor hier althans, veel te hoog. Er zijn hier zó veel andere dingen te koop voor redelijke prijzen dat er maar moeilijk een markt te creëren valt. We hebben momenteel een nieuwe Spaanse kennis met een Cerámica en als je dan zijn zaak ziet en de spullen die hij verkoopt, ja, dat is andere koek. Je zou bijvoorbeeld gestyleerde Spaanse stieren in keramiek moeten maken, in felle kleuren (ik denk dan aan onze eigen fel oranje buffel) of in diepzwart en in diverse maten wegens het vervoer. Een artistieke herinnering aan de Spaanse eilanden, dat verkoopt als een gek… denk ik.

Oké, dat was het weer, namens Fieke veel liefs en hartelijke groeten, de diverse smakkerts, ook van de kleine en van mij.

Rimsky

maandag 16 februari 2009

Hoofdstuk 55: Spanningen

La Orotava, 7 juni 1973

Lieve allemaal,

Het laatste wat we van jullie gehoord hebben is via een brief aan Ed en Nora. En dat is alweer ruim een week geleden, een tijd geleden dus! Zelfs Rims hoort meer van jullie, zij het dan via prentbriefkaarten. Namens hem hiervoor heel veel dank...

Nou, het leven gaat hier verder zijn normale gangetje, wel lekker rustig.
Na het afscheid van Ton en Hanneke een verlichting. Fieke was zelfs blij en opgelucht.
Nee, op onze zak teren deden ze zeer beslist niet en ook gingen ze veel alleen op stap, maar de moeilijkheden lagen meer in het feit, dat zowel Ton als Hanneke voortdurend hatelijke opmerkingen maakten tegen Fieke. Alles wat Fieke vertelde (let wel, tegen mij waren ze totaal anders) was zogenaamd niet waar want ‘wat wist ze er nou allemaal van’ en uiteindelijk had ze ook nog nooit ‘iets meegemaakt’ en als zodanig kon ze nergens over oordelen!
Kortom, wat een leuke, gezellige avond had moeten worden (uiteraard bij Pablo in La Tranquilidad) ontaardde in een heftig meningsverschil over allemaal lulligheden. Zelf nam ik niet deel aan deze twist omdat ik languit op de achterbank van mijn auto lag te snurken. De wijn en vermoeidheid hadden hun tol geëist, gelukkig maar, ik hou niet zo van dat soort geruzie!
De reden is dat tussen ons een vervreemding is ontstaan, bijvoorbeeld omdat ze nog steeds dezelfde verhalen vertellen van zo’n twee jaar geleden, ze gewoon stil zijn blijven staan op het moment waar voor ons het 'avontuur’ begon. We kunnen echt niet meer bleek wegtrekken van verhalen over de uienoogst die mislukt is of dat de petunia’s dit jaar wat later zijn gaan bloeien door de aanhoudende regen etc. Nee, ik wil beslist niet de indruk vestigen, dat ze niet aardig zouden zijn, maar we zijn elkaar gewoon ontgroeid.

Ook Taurus heeft een stormachtige tijd beleefd.
Theo werd steeds stiller en kreeg zelfs een inzinking. Na een paar dagen van rust raakten wij plotseling in een gesprek en al snel bleek, dat Taurus ’bankroet’ was! Nou vraag ik je!
Na een urenlange gesprek bleek dat we ons in de nesten hadden gewerkt met onder andere Edward, wiens donkere kamer het zesvoudige had gekost van wat we hadden gepland. Daarbij nog opgeteld de kosten van de verhuizing van onszelf en de aanschaf van een composer (zetmachine), al met al, Theo wist er niet meer uit te komen.

Ook de onderlinge verhouding was niet meer zo prettig sinds ik had gevraagd, of we niet eens definitief konden horen wat de huur van ons kantoor moest kosten. Toen Theo echter mededeelde, dat dát al beslist was en wij 8.000 pesetas per maand moesten betalen (ik nog naïef vragen of het per jaar was) werd ik toch wel kwaad en attendeerde hem op het feit, dat financiële zaken toch op z'n minst even onderling bepraat konden worden. Toevallig stond ook Helen erbij en die kreeg prompt een hysterische huilbui en probeerde snotterend uit te leggen waarom ze zoveel vroeg, enfin, na die tijd was het uit met de liefde tussen Helen en mij. Ik kreeg zelfs geen kop koffie meer aangeboden...

Na een urenlang gesprek vonden we eindelijk een redelijke oplossing die ons voor zeker drie maanden veilig stelde (een overbrugging voor de slechte zomermaanden).
Helen, die steeds deelnam aan onze gesprekken liet al snel blijken, dat we Edward niet als (betaalde) zaak erbij konden hebben en toen ik haar duidelijk maakte, dat we zelf wel onze zaken konden regelen, nokte ze verontwaardigd af om de volgende dag voor een paar maanden naar Holland te vertrekken... maar volgens mij was dat al lang gepland, je hebt niet zomaar een ticket. Hoogst merkwaardig!
Inmiddels had Edward nog steeds geld tegoed van Taurus voor geleverd tekenwerk en ik dwong Theo min of meer om deze zaak nu eerst recht te trekken (wat inmiddels ook wel gebeurd is).
Verder zegde ik toe om Edward financieel te helpen met de aankoop van de donkerekamer apparatuur. En zo gebeurde het dat Edward binnen twee dagen helemaal geïnstalleerd was met een complete donkerekamerinrichting.
Enige tijd later, wéér na zo’n hopeloze financiële koorddanserij van Theo, stelde ik voor om de knoop maar door te hakken en voor mezelf te gaan werken. Hiervoor had Fieke zelfs al optie genomen op het appartement boven ons (tegen een leuke conditie) en Edward kon daar dan zonder één cent kosten ook intrekken.

In feite was het al een uitgemaakte zaak, we zouden de balans opmaken (de strop van de donkere kamer zouden Theo en ik samen dragen), orders afwerken en met schone lei beginnen. Wel apart, maar in samenwerking (uiteindelijk doen wij samen Donde y Que) maar dan wel voor eigen rekening.
Tot Edward een wending aan de zaak gaf met zijn mededeling toch de voorkeur te geven aan de ruimte in La Matanza, dit mede ingegeven door het feit, dat hij in La Matanza een leuk huis kon huren.
Toen ook Theo mij nog ervan overtuigde dat het toch veel verstandiger was om samen te blijven en ook liet zien, dat er voldoende uitstaande posten en orders waren en dat ook de huur van ons kantoor uiteindelijk aanzienlijk goedkoper was geworden, gaf ik toe en inderdaad, op dit moment gaat het allemaal een stuk beter.
Omdat Edward ons verzekerde zeker in La Matanza te willen blijven was dat meteen ook de oplossing om ooit de kosten van de verbouwing van de donkere kamer te terug te krijgen. Maar dáár wilde Edward weer niet aan, wél wilde hij maandelijjks huur betalen en hoe we ook praatten, hij wilde het maar niet begrijpen.
De situatie tussen Edward en ons werd zelfs gespannen, mede veroorzaakt door een prijslijst die hij voor z'n werk had gemaakt, krankzinnig hoge prijzen wel te verstaan...
Door zijn starre houding besloten Theo en ik de knoop door te hakken en betaalde ik contant aan Theo de helft van de kosten die gemaakt waren voor de aanschaf van de donkerekamer apparatuur en stelde dat Edward die, van nu af aan, kon afbetalen binnen 18 maanden. Daarna zou het van hem zijn. Hij had geen andere keus, want uiteindelijk kreeg hij een complete zaak in zijn schoot geworpen, met klanten en al.
Het was een keihard gesprek, recht door zee, op de man af. Het was kiezen of delen en ik wilde niet nogmaals met mijn rug tegen de muur... tot dikke tranen over zijn wangen stroomden... ach, toen had ik wel medelijden met hem en liet het maar zoals het was.
Een eigen zaak hebben valt niet mee en toch kan hij het makkelijk redden. Dat vertelde ik hem ook, maar ook, dat hij wel met beide benen op de grond moest blijven staan en niet meteen zo overdrijven met zijn prijzen die beslist omlaag moesten.
’s Avonds kwam hij bij ons thuis (na een lange tijd) en we hebben er nogmaals redelijk over gesproken en hij zag het nu zelf ook allemaal beter in en zou proberen om zijn verplichtingen na te komen. En méér dan dat verlangen we niet. En zelf geloof ik stellig, dat ’n beetje krap zitten in het begin nooit kwaad kan. Van hard werken heeft uiteindelijk nog niemand een scheve neus gekregen...

Ook de vakantieplannen van ons hebben een totaal andere wending gekregen. We komen niet naar Holland. Na diverse rekenpartijen kwamen Fieke en ik tot de slotsom, dat 2.000 gulden wel wat overdreven was om Holland terug te zien. En dat voor twee weken. We zullen proberen om een goedkope reis te krijgen (chartervluchten kennen ze hier niet, maar er zijn mogelijkheden via reisleiders) en dan kunnen we altijd nog een weekje naar Holland.
Wel gaan we onze vakantie versnipperen over lange tot zeer lange weekenden en gaan dan een paar Canarische eilanden bezoeken en een reis naar Afrika (Marrakech) maken. Alles met het vliegtuig uiteraard. Heen en terug met de auto naar Holland (wellicht iets goedkoper) vind ik toch wel een eind.

Fieke heeft zich enige tijd geleden laten verleiden om de ’Romeria’ mee te vieren, een feest waarbij iedereen uit La Orotava verkleed in klederdracht in de optocht meeloopt, zingt en vooral veel wijn drinkt. Dat wijndrinken gebeurt uit een wijnzak die, hoog boven je mond, in een dunne straal je mond hoort in te lopen. Als beginneling wil het wel eens verkeerd gaan!


Dit was het weer. Schrijf eens gauw terug (Martin en Ina heb ik ook maar weer eens geschreven) en tot mijn volgende brief wens ik jullie alvast veel liefs, ook namens Fieke. En de kleine natuurlijk, die nog steeds buiten speelt en het hem verder allemaal een zorg zal zijn...

Rimsky

vrijdag 13 februari 2009

Hoofdstuk 54: Fondue

La Orotava, 29 mei 1973

Lieve allemaal,

Na het telefoongesprek van vanmorgen klim ik nu maar in de pen om wat uitvoeriger te vertellen over onze lotgevallen tot op heden.
Ton en Hanneke zijn bij ons op vakantiebezoek en ook dit loopt morgen ten einde. Ik geef deze brief morgen met ze mee zodat jullie sneller dan ooit mijn post ontvangen.
Naar het zich laat aanzien hebben beiden een prima indruk gekregen van Tenerife en ze zijn, dacht ik zo, erg enthousiast. Ook met Pablo hebben ze kennis gemaakt en die heeft niets nagelaten om het zoveel mogelijk naar hun zin te maken. Diverse etentjes, een dag naar San Marcos (de baai met het zwarte zandstrand) en een feestje. Maar Pablo vindt altijd wel de een of andere reden om een feestje te brouwen!

Gisteravond hebben wij echter iets teruggedaan en dat in de vorm van fondue bourguignon. Ik denk dat Pablo wel honderd keer Fieke complimenten heeft gemaakt, want het was voor hem en zijn vrouw Beatrice de eerste keer dat ze met fondue kennis maakten en ze vonden het heerlijk. En natuurlijk moet hij nu ook zo'n pan hebben! Goeie vent die Pablo.
Onder het eten kwamen Ed en Nora ook nog even langs en ze moesten natuurlijk direct aanschuiven. Het was wel een gehannes met de vorken (uiteindelijk hebben we maar zes vorken en we waren plotseling met z’n achten) maar als je al zo'n drie liter wijn er doorheen gejaagd hebt maakt het eigenlijk ook niet meer uit met wie z’n vork je eet..!

Op zeker moment kwam er het voorstel van Beatrice of Nora misschien bij haar wilde komen werken.
Ze heeft namelijk een ‘fruteria’, een soort fruithandel waar groente en dergelijke wordt verkocht, en ze kon best wel iemand gebruiken.
Dus vanmorgen zou het direct de eerste dag voor Nora worden, dat betekent verdienen, als eerste van ons allemaal een werkvergunning en de taal leren. Want omdat die fruteria midden in Puerto de la Cruz ligt komen er, naast toeristen, ook veel Spaanse klanten.
Ook ligt het in de bedoeling dat Nora dan met de Peugeot van Pablo bestellingen op en af moet halen.
't Lijkt me best leuk en Nora was zó enthousiast dat ze zowel Beatrice als Pablo om de nek vloog. In ieder geval is het stukken leuker dan de hele dag thuis zitten.


Edward zijn donkere kamer is nu ook helemaal klaar en ingericht en hij heeft het er maar goed druk mee. Er waren weliswaar nog enige moeilijkheden wat het apparatuur betreft, maar ook dat is opgelost en hij heeft er veel schik in.


Met Theo zijn er overigens wat moeilijkheden gerezen, niet direkt een conflict, maar hij is met alles zó laks. Ook het afrekenen met Edward schuift hij steeds op de lange baan en ik heb dan ook een ultimatum gesteld, als er niet vlotter betaald wordt, dan kap ik er mee en ga voor mezelf werken.
Hoewel ik natuurlijk niet op de zaken vooruit wil lopen is het plan wat Fieke had zo gek nog niet, het lege appartement boven ons huren en er dan bijvoorbeeld samen met Edward te gaan werken.

Mijn Ford Consul heeft het begeven en staat nu voor de deur met een versleten krukas. Ik kan er wel mee rijden, maar het maakt nogal wat herrie. Ook de remmen zijn niet betrouwbaar meer. Ze doen het wel, maar pas na een paar keer pompen. Dat is een lange tijd goed gegaan maar het wordt steeds slechter. De remleiding is lek en aangezien de wegen hier net zo vaak omhoog als omlaag gaan zit je dus de halve weg constant te pompen. Maar alles repareren kost meer dan de aanschafprijs en dus heb ik besloten de Consul maar van de hand te doen!

Fieke heeft nu dagelijks autorijles en dat gaat, wonder boven wonder, uitstekend. Ze krijgt zelfs vaak complimenten en het zal zo lang niet duren of ze zal wel rij-examen moeten doen. Maar eerst nog theorie-examen, uiteraard in het Spaans! Als ze daarvoor slaagt dan mag ze naar Santa Cruz om het officiële rij-examen af te leggen. Als dat allemaal lukt dan zijn de plannen om een Seat 600 te kopen, want Fieke wil natuurlijk wel graag ééns beginnen met werken. En zonder auto is dat vrijwel onmogelijk.

Met de kleine Rims gaat het eveneens uitstekend, hij is helemaal bezeten van zwemmen en is niet uit het water te branden. Zijn laatste rapport was goed, maar hij vindt het nog steeds ‘klote’ om naar school te gaan.

Ook de schrijfmachine is weer gemaakt (door een vriend van Pablo en dan ook nog eens voor niets) en mijn vulpen ook! Er kan dus voorlopig weer heel wat geschreven worden, hoewel déze brief echt zijn voltooiing nadert.

Hebben jullie nog iets van Martin en Ina gehoord? Wij al tijden niet en ik geloof daarom nooit meer iets van ze te horen. Wij begrijpen het allemaal niet zo goed.
Inmiddels zijn we aan het idee gewend geraakt, het is reuze jammer dat het zo gelopen is, maar als je helemaal afhankelijk bent van anderen om iets op een ver vreemd eiland te beginnen, terwijl die mensen ook normaal moeten werken om de kost te verdienen, ja, dan kan het niet anders als misgaan met de vriendschap. Jammer, jammer…

Ondervond Fieke bijvoorbeeld ook met Ton en Hanneke, zelf hebben wij enorm veel meegemaakt, je leeft totaal anders, terwijl zij dan zijn blijven stilstaan lijkt het wel. Ze hebben in die tussentijd niks meegemaakt, alles is nog hetzelfde gebleven. Nee, geen woord kwaad over ze, maar het is gewoon opvallend. Maar hoogstwaarschijnlijk vinden zij onze levenswijze ook meer dan vreemd!

Tot zover deze brief. Ook namens Fieke en de kleine drol het allerbeste toegewenst.

Rimsky

donderdag 12 februari 2009

Hoofdstuk 53: Een heftig feest


La Oratava, 12 mei 1973

Lieve allemaal,

Het lijkt allemaal weer lang geleden dat jullie hier waren, alleen de foto’s herinneren ons dat jullie hier waren. ’Heftig..!’, zo denken jullie er misschien aan terug! Maar het was reuze gezellig, veel gelachen, veel gezien. Met als hoogtepunt papa’s verjaardagsfeest.


Achteraf was het natuurlijk best kinderachtig van mij om de rit naar Pino Alto met de Ford Consul te maken, maar je hebt zelf ervaren hoe slecht die weg is. Onverhard met grote gaten, en dat met een splinternieuwe auto..? Ik weet het, het was valse zuinigheid en het is te gênant voor woorden dat die auto halverwege de klim het niet meer kon trekken met iedereen er in. Ja, en pas als je moet lopen merk je hoe steil hier alles is. Maar gelukkig kon iedereen even verderop weer de auto in en alsnog bij Pablo komen voorrijden.


Maar het feest was geweldig en ik zie papa z’n gezicht nog voor mij toen hij de feestruimte binnenstapte en een kamer vol vreemde mensen zag die wij voor hem hadden uitgenodigd.
Ja, je zult het niet meer precies weten, maar naast Edward en Nora en wij waren er natuurlijk Jan en Loes, Achim en Heinz (de nieuwe staleigenaren die wél alles netjes hebben afgehandeld), don Pedro en don Jésus (de paters uit La Florída), don Fernado en zijn collega (twee hoge Spaanse officieren), uiteraard Pablo die het maar druk had met zijn speenvarken aan het spit (en dat zag er toch wel feestelijk uit, niet?) Andrès, Domingo en Horacio (de autoschade-experts) en dan iedereen die zomaar binnen kwam lopen. Achteraf bleken dat dus de muzikanten die voor de muziek(!) zouden zorgen. Dat zal je veel genoegen hebben gedaan om een paar ’collega’s’ te ontmoeten, ook al speelden ze gitaar, banjo en tamboerijn…


De vlekken van de in de wijn gedoopte servetten zijn nooit meer uit onze kleren gegaan en dat was dus weer typisch iets voor Jan om met gooien te beginnen. Als wij bij Pablo eten dan kan hij het niet nalaten om de tanden van zijn etensvork naar alle kanten te buigen en aan Pablo te vragen hoe hij daar mee moet eten. Het blijft een kwajongen waarmee wij al heel wat verrassingen hebben beleefd. Kortom, Edward, Nora en wij hebben het nog vaak over dat feest.




De foto’s zijn niet optimaal, het was ook veel te donker, maar ik stuur ze toch maar op.
Wel hebben wij besloten om een filmcamera te kopen, die camera’s zijn een stuk lichter geworden en je kunt er gewone batterijen in doen zodat je niet meer met zware accu’s hoeft te sjouwen. Want dat hield mij altijd tegen. En juist nu de kleine nog opgroeit lijkt het ons enig om dit op film vast te leggen. Natuurlijk koop ik er gelijktijdig een projector bij, anders heb je er nog niks aan. Deze week maar eens gaan kijken wat de mogelijkheden zijn.

Inmiddels heb ik een klein probleem met mijn nieuwe auto gehad, het acculampje bleef constant branden. Aangezien ik toch garantie heb ben ik dus naar de VW-dealer gegaan en die zouden er wel ’even’ naar kijken. Maar ’s avonds was het nog niet klaar en stond mijn auto nog in de garage. Ze vertelden mij dat het een kwestie was van electronica en daar moest een specialist naar kijken, maar die was er die dag niet. De volgende dag ging ik ’s avonds weer naar de garage en daar stond mijn auto nog steeds, maar omdat de deur aan de bestuurderskant openstond ging ik maar eens kijken waar ze mee bezig waren en verstijfde van schrik… ze hadden het hele dashboard er af gesloopt en het enige wat ik zag was een wirwar aan draden. Ze konden het euvel van dat brandende lampje niet vinden..! Maar, zo verzekerden ze mij, de volgende dag zou alles piekfijn in orde komen en alles zou er weer als nieuw uitzien. En inderdaad, de volgende dag stond de auto weer klaar en het lampje brandde niet meer. Op mijn vraag wat er nou precies aan de hand was kreeg ik te horen dat ze het niet wisten en dat ze daarom maar het lampje eruit hadden gehaald!!! En zo kon het dus ook niet meer branden. Hoe kom je er op! Maar, vertelden ze me, het kon verder geen gevolgen hebben, de accu was splinternieuw en het was maar een waarschuwingslichtje… ik heb er geen goed gevoel over. Typisch zo’n Spaanse oplossing!

Over een paar dagen komen Ton en Hanneke voor een dag of veertien, wij verheugen ons er erg op. Maar ze moeten zich natuurlijk wel een beetje zelf vermaken, want ik ben iedere dag naar mijn werk. Wel zal ik wat meer vrij nemen, maar het moet natuurlijk wel met mijn werk kunnen. Maar we zien wel, we hebben ook de avonden nog.

Namens Fieke, Rims, Edward en Nora en mij veel liefs toegewenst met de nodige smakkerts,

Rimsky


zondag 8 februari 2009

Hoofdstuk 52: Nieuwe auto

La Orotava, 14 april 1973

Lieve allemaal,

Dit wordt dan de laatste brief voor jullie komst hiernaartoe. Veel bijzonderheden zijn er niet te melden, althans schriftelijk, dus zal ik mij maar beperken tot minder belangrijke dingen.
Laat ik maar met de deur in huis vallen en vragen om een paar dingen mee te nemen. Wat familiebladen zoals Panorama's en ander prikkellektuur, een stuk of wat puzzelboekjes (uiteraard in maagdelijke staat) en een NL-sticker. Dat laatste in de kleinste uitvoering, want die is het meest fraai. Het laat zich makkelijk raden, die sticker is bedoeld voor mijn nieuwe auto!

Tja, mijn nieuwe auto...
Maandag (dus overmorgen) wordt-ie voor de deur afgeleverd. Door bemoeienis van onze goede vriend Andrès (jullie zullen zeker met hem kennismaken) krijgen we hem zelfs met 15.000 pesetas korting. En dat is mooi meegenomen. Hiervoor koop ik een leuke autoradio met en een automatische antenne. Je kent ze wel, een druk op de knop en de antenne krijgt een erectie van zo’n 1,5 meter, een tweede druk op de knop laat het weer verdwijnen. En dat is wel handig met al die palmbomen hier.
O ja, ik zou het haast vergeten, de auto zelf. Wel, na lang wikken en wegen heb ik toch maar besloten meteen maar het beste te kopen wat er hier te krijgen is, althans in die prijsklasse. De Volkswagen 412LE!


De L duidt op luxe, rode stoffen bekleding aangebracht op dikke slaapbanken met veilige hoofdsteunen. ’t Geheel is perfect afgewerkt en er ligt dik rood tapijt op de grond.
De E duidt op Electronic, dat komt er op neer dat de benzine inspuiting electronisch geregeld wordt (let wel, het tanken moet nog wel met de hand gebeuren) en is verder voorzien van twee carburateurs. Met een lichte druk op het gaspedaal komt er een kickdown in werking en schiet de auto als een speer weg (makkelijk met inhalen). Met meer pk’s dan we in onze stal hadden staan, schijfremmen voor en een nieuw remsysteem achter, gescheiden remcircuit (voor nóg meer veiligheid) en een top van zo'n 160 km. En natuurlijk geen gekloot met water voor de koeling!

Hoewel de meningen over het model verschillen komt hij mij persoonlijk over als een robuuste krachtpatser. De kleine Rims vindt de auto niet mooi maar, helaas voor hem, heeft hij geen inspraak. Vandaar dus dat-ie maandag voor onze deur staat en een week later voor het vliegveld!

Om het lijstje van mee te brengen spullen af te ronden, speciaal verzoek van Fieke om hagelslag en voor Rims en ondergetekende een pot pindakaas. En oh ja, voor Fieke ook nog drop, balen drop zoals katjesdrop, zoute drop, dubbelzoute drop, griotjes, jujubes en niet te vergeten… Engelse drop. Ik dacht niet dat ik iets vergeten was, maar dat risico neem ik maar voor lief.

Die Duitsers die de stal hebben overgenomen maken het goed en hebben het razend druk. Gelukkig!
Pakken alles fors aan en zijn daarnaast ook handig. Hebben een fraaie bar gebouwd in saloon stijl en hebben nu toestemming om de badkamer (Helmut is van oorsprong loodgieter) uit te breiden. Als ik het zo bekijk redden ze het wel. Zelf zijn ze reuze enthousiast, alles is rettitetti zus en rettitetti zo.
Frank, die weer enige Hollanders bereid heeft gevonden de Plaza Toros te runnen heeft praktisch niets te doen. Maar hij kan dan ook nog geen reclame maken omdat hij nog steeds wacht op zijn folders. En dat kan nog lang duren!
Van de week kwam hij polshoogte nemen of het in La Orotava ook zo slap was en met zijn bekende big smile verscheen hij ten tonele. Groot was zijn teleurstelling toen hij daar zo'n 25 man op het erf zag staan, druk doende afspraken te maken.

Vorige week hebben we bij Pablo geit van ’t spit gegeten, bijzonder lekker. En van al deze lekkernijen gaan we straks samen smullen. Alleen Rims weigerde van ’zo’n lief beest’ te eten en nam als protest: frites met… suiker! Weer een nieuwe gril.
Of papa al die gerechten wel zal kunnen waarderen zal me overigens een Spaanse worst zijn, als het maar lekker is. Misschien dat papa straks vaak zal denken ’wat kan vakantie toch een hard leven zijn’ en terecht, want het leven is nu eenmaal hard. Ook voor geiten!

Van broeder Ronald is er weer een brief gearriveerd en hieruit valt op te maken dat het bankwezen hem wonderwel bevalt. Dat zijn prettige geluiden, knurft. Zo mag ik dat horen.

Je vraag over Martin en Ina heb ik de vorige keer al beantwoord. Nog steeds hebben we niets vernomen en ik begin dan ook te vermoeden, dat onze o zo lange vriendschap een einde begint te krijgen. Het zou me ten zeerste spijten.
Waar ik echter toch perplex van stond, was het bericht dat ze niets tegen John willen ondernemen en jullie hierdoor in je hemd laten staan. Zonder het geld van papa erbij hadden ze nooit aan dit (uiteindelijk onverkwikkelijke) avontuur kunnen beginnen en nu er van de andere zijde maatregelen getroffen moeten worden denken ze alleen maar aan zich zelf. Misschien wel ’goed’ bedoeld, maar oneindig dom, lijkt mij.
John zit in Holland (althans, zo wordt gefluisterd) en zou een sportwagen gekocht hebben. Wat hier van waar is weet ik niet, maar je hebt gelijk om te zeggen dat een aanklacht, samen met de bank, hem uiteindelijk voor de rechter moet brengen. Wat staat jullie in in de weg om het alsnog zelf te doen? Of heb je perse Martin nodig in verband met de maatschap?

Maar goed, we praten er nog wel over.

Rest mij om van het hele familie-reservaat hier de hartelijke groeten over te brengen en jullie een goede reis toe te wensen en een happy landing.

Tot volgende week!

Rimsky

zaterdag 7 februari 2009

Hoofdstuk 51: Alfa Romeo

La Orotava, 7 april 1973

Lieve allemaal,

Om te beginnen: de Alfa Romeo gaat niet door. Dat is best jammer, maar de eigenaar wil de auto niet verkopen en dus houdt het op.

De rijstal is nu definitief aan die drie Duitse jongens verkocht en overgedragen. Het waren voor Fieke zenuwslopende weken, maar die last is nu eindelijk van haar afgevallen.
Zowel Heinz als Achim hebben beiden hun deel in het geheel betaald, alleen ’rettitetti’ Helmut had weer niet alles bij zich omdat hij problemen heeft met de verkoop van zijn loodgietersbedrijf. Maar, zo verzekerde hij ons, dat kwam allemaal ’flockich’ voor elkaar binnen twee à drie weken. Een getekende schuldbekentenis hebben wij ook van hem. Maar ondanks dàt hebben wij de stal goed verkocht en zijn wij dik tevreden!
Wat we allemaal gaan doen weten we op dit moment nog niet, we gaan ons eerst rustig oriënteren.

Nu de Alfa Romeo niet doorgaat zijn we vanmorgen naar een nieuwe auto gaan kijken en mijn keus is uiteindelijk toch gevallen op die witte VW LE412, een grotere versie van de 1600. Alleen stukken luxueuzer en perfect afgewerkt. Het enige wat ons nog te doen staat is het kopen zelf en ik geloof dat dát het meest opwindende is van autorijden…

Na het eerste verschijnen van ’Donde y Que’ zijn er veel gunstige reacties en tevens een stroom aan nieuwe adverteerders. En daar moeten wij het van hebben.


Edward zijn donkere kamer nadert ook zijn voltooiing en ik denk dat over een week de eerste wazige foto’s zijn bedrijf zullen uitrollen. Verder hebben wij een zetmachine besteld en als die straks op het bedrijf staat is het misschien wel een mooie baan voor Nora om het te bedienen.

Uit een brief van Ronald begreep ik dat Martin en Ina enigszins teleurgesteld zijn over het feit dat er niet direct voor hun aan de slag gegaan werd. Dat ze verontwaardigd zijn kon ik al opmaken uit het feit, dat we zeker al zes tot zeven weken niets meer hebben gehoord. Hoewel ik toch, tot veertien dagen geleden, trouw elke week een brief schreef heb ik er nu ook de brui aan gegeven. Ik kreeg de laatste tijd steeds meer het gevoel dat ik voor de kat z’n viool zat te schrijven. Ze vergeten, denk ik, dat we hier niet op vakantie zijn maar gewoon hard moeten werken.
Fieke heeft bij een bevriende relatie, een soort galerie, een deel van Ina haar wandkleden en andere decoratieve objecten geplaatst en het is nu gewoon afwachten of er belangstelling voor is. Of het een succes wordt kunnen we dus nog niet zeggen. Het is natuurlijk bedoeld voor de eilandbewoners, toeristen kopen alleen maar souvernirs. Gebreide kledingstukken zullen hier weinig kans maken, maar hoe vertel je zoiets? Het is allemaal ongelukkig, Fieke heeft geen rijbewijs en kan dus ook niet met de auto op pad.

Ook Frank heeft ons pad weer gekruist. Hij heeft inmiddels weer mensen gevonden voor zijn stal op de Plaza Toros en kocht zelf de paarden in, mooie paarden weliswaar maar wel onervaren en daardoor toch wel onbetrouwbaar met buitenritten. Het zal van de nieuwe pachters afhangen of ze de paarden goed af kunnen richten.
Iets minder te spreken waren wij toen we hoorden, één dag voor onze Duitse kopers kwamen, dat Frank onze ouwe folders gebruikte waarbij hij alleen de naam van Fieke had laten afsnijden. Het klonk ons absurd in de oren en dus zijn Bob en ik polshoogte gaan nemen en inderdaad, zeker zo’n 4.000 folders lagen er voor verspreiding gereed!!! Dure folders die ik nog in Holland heb laten drukken waren door Ingrid, de secretaresse van Frank, klaargelegd om verspreid te worden. Wij hebben daarop alle folders keurig netjes in mijn kofferbak gedeponeerd en zijn direct naar Frank gereden om hem in nette, maar krachtige woorden uit te leggen dat hij behoorlijk fout zat. En wel wegens diefstal, het opzettelijk vernielen van ons eigendom en het misbruiken van de auteursrechten. Daar had hij natuurlijk geen weerwoord op, behalve dat hij vertelde speciaal een Spanjaard te hebben aangesteld om de folders te verspreiden bij hotelrecepties. Nu moet hij dus opnieuw folders laten drukken en dat kost hier wéééken!
Overigens was hij erg vriendelijk tegen ons maar ’s avonds daarentegen viel hij Bob lastig door te zeggen dat hij de Piccadilly-bar uit moest omdat hij geholpen had de folders bij hem te ’stelen!’ Maar Bob was natuurlijk helemaal niet plan om weg te gaan en zeker niet nu hij voor dief werd uitgemaakt. Kortom, het liep uit de hand en Frank is na een paar rake klappen van Bob maar in z’n witte Corvette weggereden. Want zo is Bob, een hart van goud, maar met een paar stalen vuisten!

Twee dagen later hoorden wij dat hij nogmaals een pak slaag had gekregen, maar nu van zijn eigen staljongen. ’We gaan woeste tijden tegemoet…’ zal hij wel gedacht hebben!
Overigens heeft hij vrij veel pech, zijn Plaza Toros in het zuiden (ziet er erg mooi uit) loopt voor geen meter bij gebrek aan toeristen en met zijn andere zaken heeft hij kennelijk ook problemen.

Wij hebben begrepen dat jullie nu de 23e april hierheen komen. Laat je ons nog even weten met wie je reist, Neckermann heeft bijvoorbeeld andere tijden als Christoffel Reizen terwijl ze beiden gebruik maken van Transavia en KLM vliegt alleen op Gran Canaria met een overstap op Las Palmas.

Dan nog een vraag: heeft Ronald ’toevallig’ al mijn kleine Beattle-plaatjes op zijn kamer, het moeten er zo’n vijf zijn en ik zou het op prijs stellen deze terug te zien. Wil je ze a.u.b. voor mij meenemen, dan kan de politie ook buiten de deur gehouden worden!

Voor het overige, alles gaat goed. Ontvang onze hartelijke groeten en veel liefs van ons allen,

Rimsky

Hoofdstuk 50: Bob is weer terug

La Orotava, 26 maart 1973

Lieve allemaal,

Zojuist jullie brief ontvangen en aangezien ik een wat langere pauze voor de zaak heb ingesteld (van 13.00-16.00 uur) een mooie gelegenheid om meteen maar terug te schrijven.
Weliswaar zijn er al veel van jullie vragen in mijn vorige brief beantwoord, de andere vragen echter kunnen nog niet beantwoord worden omdat we nog niets weten.
Wel hebben onze Duitse kopers inmiddels een telegram gestuurd met het bericht dat ze hier arriveren op 2 april aanstaande. Dus over een week.

Fieke is, op één afspraak voor de laatste zondag na, opgehouden met uitrijden en het zware werk in de stal wordt op dit moment door Bob (onze ex staljongen) gedaan. Die is weer op Tenerife terug en kwam ongeveer een week geleden plotseling bij ons nadat hij bij Carol, Fieke’s vriendin, was weggelopen en vroeg of hij bij ons nog kon werken.
Carol heeft, na de reis naar Portugal met Fieke, nooit meer iets van zich laten horen. Ze zou toen nog in Portugal blijven om schade met haar auto af te handelen en dan meteen hier naar toe komen om samen met ons de stal in het zuiden op te zetten. Nou, dus mooi niet. Bob vertelde, dat ze inmiddels op het Canarisch eiland La Palma woont.
Bob had, naast geen werk ook geen rooie cent of liever gezegd, geen peseta. Nou, werk kon hij bij ons wel krijgen, daar zijn wij niet kinderachtig in, maar betalen doen we hem op andere wijze. Als vergoeding voor het werk hebben we hem ons finca huis (die wij uiteraard nog steeds huren) aangeboden om voorlopig in te wonen (totdat die Duitsers komen natuurlijk) en hij kan bij ons eten. Ook kookt hij voor ons zo af en toe, want dat moet wel gezegd worden, hij kan koken als de beste. Althans, als het Italiaanse gerechten zijn. Zo maakt een Engelsman in Spanje Italiaanse maaltijden! En wordt dan door Hollanders genuttigd! Bruiner kan je ze niet bakken!

Wat zal Fieke blij zijn als de hele zaak met die Duitsers is afgewikkeld, ze is het behoorlijk zat. Komt ook door het nieuwe huis, ze loopt er hier goedverzorgd rond maar moest zich toch altijd nog om drie uur omkleden. Maar het leed is geleden en achteraf beschouwd hebben we alles aan de paarden te danken. Goed leventje, goeie vrienden en veel plezier. Hiervan hebben Ed en Nora al ruimschoots meegeprofiteerd en ze vinden het eveneens geweldig allemaal.

Naast mijn mededeling van vorige keer inzake mijn stereo installatie kan ik nu een ander nieuwtje mededelen. Ik ga hoogstwaarschijnlijk een Alfa Romeo kopen, vrijwel nieuw!
Zoals je weet, heeft Andrès twee autoschadebedrijven en nu staat er een wagen bij hem op de zaak in Santa Cruz, die bewuste Alfa dus, met plaatschade en 6.000 km op de teller. Ruikt van binnen nog als nieuw. Ik kan die wagen, helemaal opgeknapt, kopen voor de belachelijk lage prijs van zeven duizend gulden! Dat komt omdat Andrès zelf taxateur is voor verzekeringenmaatschappijen en bepaalt hoeveel een eigenaar vergoedt krijgt bij schade. In dit geval is het een dusdanig bedrag, dat de eigenaar liever een nieuwe auto koopt. Het zit allemaal een beet je ingewikkeld in elkaar (nee, niet die auto) maar wees blij dat ik het gewoon in het Hollands schrijf.
Zelf rijdt Andrès in een grote Volkswagen K70 en die zat nog erger in elkaar en als je het nu ziet... als nieuw! Trouwens, dat rijdt ook grandioos en heeft de motor nu ook voorin.
De Ford Consul hou ik voorlopig gewoon aan, trouwens, die had ik, maar dat schreef ik al eerder, op laten knappen bij de garage van een Duitse eigenaar en rijdt fantastisch. Alleen met die nieuwe uitlaat heb ik steeds moeilijkheden. Al na de tweede dag sleepte het ding over de grond, was namelijk te laag gemonteerd. Het zag er trouwens niet uit, omdat ze geen originele onderdelen hebben heeft die Duitser zelf iets in elkaar geknutseld. Als je achter mij aanrijdt dan lijkt het net of de onderkant alleen maar uit uitlaat bestaat! Ook heeft hij de knalpot precies in het midden van de wagen geplaatst, met gevolg dat elke oneffenheid in de weg ervoor zorgt dat de uitlaatpijp los schiet. Met gevolg dat ik nu zelf met een ijzerdraadje een en ander aan elkaar heb gebonden. Wel is het zo dat je nu praktisch niets van de motor hoort, maar als het draadje los raakt lijkt het wel een tractor. Dus maar weer naar de garage en kijken wat hij nu weer allemaal gaan hobbyen. Maar als mijn geduld opraakt (en dat is nu werkelijk bijna zover) dan flikker ik die hele auto de barranco in. Met die Duitse garage-eigenaar erin, uiteraard!

Zo, ik ga het kleine schoffie naar school brengen (hij vindt er niets aan, zegt-ie!) maar er moet wel geleerd worden. Trouwens, hij spreekt nu echt heel goed en vlot Spaans. Zelf heb ik er ook weer een paar woorden bijgeleerd, maar helaas, niemand verstaat het! Ik zal de klemtóón wel weer verkeerd leggen.

Een dikkerd van Fieke en Rims evenals de hartelijkste groeten en van mij eveneens.

Rimsky

Bijgaand een foto gemaakt tijdens een avondje uit met Pablo, Andrès, Jan, Loes en een paar onbekenden die erbij zijn komen zitten.


dinsdag 3 februari 2009

Hoofdstuk 49: Splinternieuw huis

La Orotava, 17 maart 1973

Lieve allemaal,

Voorwaar, wat een verrassing. Een brief van papa! Gebracht door Ed en Nora die de hele dag met de kleine Rims (nou ja, klein?) op stap zijn geweest. En aangezien ik toch de post aan het afwerken ben, meteen een antwoord. Het kan niet op!

Net een plaat opgezet, als jullie hem missen dan weet je waar die is (voor het geval dat Ronald weer de schuld krijgt) van Richard Wagner, Ein Heldenleben Op. 40 en bij de tonen van deze muziek wordt een Heldenleven een goed leven.
Ja, we kunnen weer muziek maken, en hoe! De nieuwe installatie staat nog geen drie uur hier. We kunnen nu niet meer spreken van een pick-up want het is, wat de gebruiksaanwijzing ook terecht schrijft, een Sony compact-stereo-music-system. Ja, ja!
Inderdaad, een heel systeem, het geval is zo’n 60 cm breed en bestaat uit een radio, een cassetterecorder en een platenspeler plus een set luidsprekers. Helemaal automatisch, met tot nu toe voor mij onbekende mogelijkheden. Een sierstuk voor ons nieuwe huis.
Zelfs Edward staat nu te blozen als hij zijn versterker aanzet, nou, en dát wil wel wat zeggen. Wij zijn er best trots op en kunnen nu tenminste weer muziek maken, geweldig.
Het zou trouwens geen slecht idee zijn als jullie ook een cassette recorder zouden kopen, kunnen we elkaar bandjes opsturen en nu de familie op Tenerife groter is als in Holland, begint het zich te lonen. Overigens, muziek op cassettes is kwalitatief stukken beter dan een plaat, wordt niet stoffig en neemt weinig plaats in. En de sortering wordt steeds groter.
Ook heeft het opsturen van een bandje het voordeel, dat het je vingers spaart. Papa heeft het over blaren op zijn vingers van het schrijven, maar mijn ‘tik-vinger’ is inmiddels ook al zeker zo’n 12 mm. korter.

Het leven in ons nieuwe huis is grandioos. Het doet denken aan de indeling van een bungalow.
Grote langwerpige woonkamer (ik denk iets langer als jullie kamer, maar wel breder), een grote eetkeuken, goed voorzien van alles wat je maar nodig hebt, lange gang, royale slaapkamer voor ons en een iets kleinere kamer voor de kleine (die er ook werkelijk lekker speelt, tekent en stempelt).
De badkamer is erg luxe (uiteraard met ligbad) met toilet terwijl er voor de gasten een extra toilet is. Het geheel is volledig gemeubileerd.
Rondom een flinke tuin die door een tuinman van de urbanisatie wordt verzorgd. Dus geen omkijken naar, zelfs het gras wordt gemaaid. Rondom staan Kerstrozen, maar die gaan in de winter pas bloeien.



Het bankstel vonden we wat minder geslaagd (skai), maar wordt overmorgen geruild voor een zwaar Engels bankstel die we wel mooi vinden, met stoffen bekleding. Fieke heeft er gewoon om gevraagd en het was totaal geen probleem!

Wat betreft de sportieve zijde van je brief, pap, Ajax Bayern München hebben we hier ook gezien, want voetbal wordt hier eveneens vol belangstelling gevolgd. En natuurlijk kennen ze hier al die bekende voetballers van ons.

Wat Edward en Nora betreft, daar hoeven jullie geen zorgen over te hebben.
Hoewel Nora heel goed met Fieke kan opschieten (ze rijdt de laatste tijd veel paard) is ze veel thuis. Edward komt vrijwel elke dag een kop koffie bij Fieke halen. Die twee kunnen het erg goed met elkaar vinden.
Ook zijn ze er altijd bij als er iets leuks te beleven is en bij onze Spaanse vrienden zijn ze erg geliefd. En dat is wederzijds, denk ik.
Edward zijn auto is door onze Spaanse vriend Andrès helemaal weer opgeknapt en voor zover het moeilijkheden zou geven bij de verzekering, kan Edward het als een cadeau beschouwen. Prettig geregeld toch?

Ik hoop van harte, dat als jullie straks bij ons zijn (een maand is zo om) ook papa het leuk zal vinden. De remmen losgooit als het een Spaans avondje zal zijn en eet wat wij (beter gezegd, wat ik) eet. Want ook mij kan knoflook nog steeds niet bekoren, dus wees maar niet bang. Ik krijg de lekkerste dingen voorgeschoteld. Ach, het is een zalig eiland. En het eten ook.

Ja, Fieke is nog steeds druk met haar paarden, die Duitse jongens zijn er nog niet en de zaken gaan de laatste tijd bijzonder goed. Elke dag is het volgeboekt en dat is, bij het scheiden van de markt, toch altijd wel weer meegenomen.
Toch is ze het zat (maar dat komt door de wetenschap dat het de laatste loodjes zijn) en heeft het extra druk nu. Twee huizen schoon houden, de paarden, koken, wassen, boodschappen doen en weet ik wat nog meer. Als straks er een is die werkelijk rust verdient, dan is zij het wel.
Overigens heeft Fieke nog carnaval gevierd in Puerto de la Cruz. Samen met de soto major oftewel de loco-burgemeester van Puerto, Mary en Pieter (ook een Hollands echtpaar), Loes en nog een Hollandse vrouw zijn ze als Mexicanen en Kozakken meegereden in de optocht. Geweldig leuk. Het zijn op dit moment zowat alleen Hollanders die paarden hebben.


Met onze studio gaat het lekker, op dit moment zitten we te wachten totdat ons maandblad gedrukt is. Als het eenmaal is verschenen kunnen we beginnen om de advertentieplaatsingen en ontwerpkosten voor de advertenties te incasseren (nog altijd zo’n 40 advertenties) en weer nieuwe adverteerders proberen te interesseren in ons blad.
Dan pas begint het voor Edward ook interessant te worden, hoewel hij over werk niet te klagen heeft. Alleen is het nog steeds tekenwerk. In ieder geval, als jullie komen, dan kan ik je ons bedrijf laten zien en dat ziet er werkelijk fantastisch uit.

Dat was het weer voor deze week. De post kan normaal naar ons adres verzonden worden. Op dit moment weet ik niet precies op wat voor nummer we zitten, dat horen jullie dus nog wel. In principe is het wederom: Paseo Dominguez Afonso, Urbanization Las Palmeras enz.

Van allemaal (Edward en Nora zijn net weer bij ons om de kleine terug te brengen) de hartelijke groeten en de gebruikelijke smakkers en, o ja, je schreef ook nog dat jullie altijd zo van onze brieven zaten te smullen, dus zal ik overgaan tot de aanschaf van wat dunner papier, dat ligt minder zwaar op de maag en je boert er ook minder van!

Noot voor onze ‘Ronnieboy:
de uitdrukking ’we gaan woeste tijden tegemoet’ hadden ze hier nog niet gehoord en doet het erg goed..!

Veel liefs van ons allen toegewenst en tot heel gauw,

Rimsky

Bijgaand nog een foto van Rims spelend op het schoolplein

NB.
In de klassieke platenserie van mij kwam ik zo'n vier platen van jullie tegen. Zelf miste ik een van mijn duurste platen, waar ik ook vrij lange tijd naar op zoek ben geweest omdat er bijna geen uitvoeringen zijn: Galanta Dances van Zoltán Kodály met het Philadelphia Orchestra o.l.v. Eugene Ormandy. Een zeldzaam goed stuk. Het is een zwarte hoes met een afbeelding van het hoofd van de componist en de dirigent. Merk CBS. Hoogstwaarschijnlijk zit ie tussen jullie platen, kunnen jullie die a.u.b. voor me meenemen? Is, naast alle goeie platen die ik al heb, één van mijn beste platen.

maandag 2 februari 2009

Hoofdstuk 48: Een grote, witte auto

La Orotava, 10 maart 1973

Lieve allemaal,

Hier weer een bericht van ons. Afgelopen week is er niet veel bijzonders gebeurd.

Van de kopers hebben we nog niets gehoord, maar ze zouden dan ook pas een telegram sturen vlak voor hun vertrek. Ik verwacht dat bericht eind volgende week.
In ieder geval gaan wij dan ook verhuizen, hoewel de post normaal naar dit adres gestuurd kan worden. Trouwens, veel zal er niet aan het nieuwe adres veranderen, zij het dan, dat La Dehesa Baja verandert in Las Palmeras. Betekent palmen, hoewel dit ook inmiddels veranderd is, want een van de palmbomen heeft het begeven in die laatste storm.

Edward zit dik in het werk, tekenwerk wel te verstaan. Zolang z’n donkere kamerruimte verbouwd wordt kan hij in ieder geval zo ook het een en ander verdienen. Trouwens, als dit klaar is moet hij meteen aan de slag met fotograferen. Maart wordt dus geen slechte maand voor hem.

Onze studio ligt aan de grote toegangsweg naar Puerto de la Cruz en mijn tekentafel staat voor het raam. Ik kijk, vanaf mijn bureau, recht in de etalage van een VW-showroom aan de overkant van de weg. En elke dag zie ik het weer, een grote glanzende witte VW 412LE.
Maar ik heb mijn auto net helemaal op laten knappen, uitlaat, ruitenwissers en banden en hij rijdt als een zonnetje, fijn en geluidloos, dus eigenlijk zonde om zoveel geld uit te geven voor een nieuwe auto. Voorlopig dus blijf ik mijn ouwe Ford Consul trouw. Maar ja… ik zie wel elke dag die glanzende, witte auto met die dieprode bekleding!

Zodra we met de zaak verhuisd zijn (ook eind volgende week) ga ik beginnen met definitieve plannen voor een drukkerij.

Nou, Paquito is ook weer weg. Ik ben daar niet zo gelukkig mee omdat ik weet dat die hond erg aan ons gehecht is. Het was best een trouwe kameraad, maar op de een of andere manier heeft Fieke weinig op met die hond en dus is hij weer naar die familie in de bergen, die er op haar beurt weer blij mee was.

In alle drukte van de afgelopen tijden ontvingen wij ook nog een brief van Paula, de ex-partner van Jaap. Nadat hij naar Holland was teruggekeerd bleek dat zijn hele kapitaal op was. Opgedronken zogezegd! Van ons heeft hij nog wat geld geleend om zijn terugreis te kunnen betalen en dat zou hij direct na zijn aankomst in Holland aan jullie terug betalen. Hoewel het natuurlijk net niet uitkwam hebben wij hem dat geld toch maar gegeven, tenslotte is het toch een ouwe schoolvriend en ik krijg het heus wel terug. En hoewel Paula niks meer met hem te maken wil hebben heeft ze hem toch opgevangen en een kamer in haar appartement aangeboden waar hij dankbaar gebruik van maakt. Hij moet wel van haar zo snel mogelijk een baan zien te vinden zodat hij weer zelfstandig kan wonen. Meer weet ik ook niet.

Het gaat nu ook opschieten met jullie komst in april, Edward heeft het er elke dag over! Natuurlijk zal ik niet iedere dag vrij kunnen nemen, ik denk Edward ook niet, maar in ieder geval zijn er dan nog steeds Fieke en Nora en als een van ons beiden met de ander meerijdt, kan papa over een auto beschikken en zijn jullie vrij om te gaan en te staan waar je maar wilt. Maar dat zien we dan wel allemaal, de situatie kan natuurlijk tegen die tijd wel helemaal zijn veranderd.

Ik schreef het al eerder, we hebben straks genoeg ruimte, dus mocht je bij ons willen logeren, dan kan dat zonder meer. Is ook een stuk gezelliger.

Zo, dat was het weer voor deze week. Schrijf je weer eens snel terug? Namens Fieke en de kleine veel liefs en ontvang ook van mij de hartelijke groeten.

Rimsky

Hoofdstuk 47: Brief aan Ronald

La Orotava, 8 maart 1973

Beste Ronald,

Tja, na drie brieven jouwerzijds ontvangen te hebben voel ik mij nu langzamerhand wel gedwongen om in mijn schrijfmachine te klimmen om enige woorden tot jou te richten.

Zéér verheugend nieuws was het te vernemen, dat carrière maken ook jou niet vreemd is. Van een Conimex-stoel op een vorkheftruck naar een leren zetel bij de ABN, voorwaar, dat is bepaald geen kattendrek. Met recht kunnen we dan ook spreken van Ronnieboy, de man met miljoenen achter zich, want zoals gebruikelijk in bankinstellingen zit iedereen met de rug naar de safe gekeerd. Dit uiteraard om verleidingen te weerstaan.
Neen, al met al geen gekke carrièresprong, zeker een vette felicitatie waard.

Uiteraard zal het je ook benieuwen hoe het je broer Edward onder de schaduw van de Taurus-vlag vergaat. Welnu, uitstekend! Op dit moment (althans, als je het niet al te letterlijk wilt opvatten, want het is al over negen, ja, inderdaad, ’s avonds) wordt meneer Karten’s bedrijf geheel verbouwd en al over een week of twee hopen we dat de champagnekurken (’t zal wel weer sekt worden) ons om de oren zullen vliegen. Niet omdat Edward een slijterij begint, wel omdat dan zijn fotostudio annex donkere kamer gereed is.
Voorwaar, 't ventje krijgt een eigen bedrijf! Grafica genaamd, een bedrijf met een grootse achtergrondgedachte. Maar daar alleen kan de schoorsteen natuurlijk niet van roken, dus nu de uitvoering nog! Om de voor Edward wat loze tijd op te vangen hebben we een reeks opdrachten aangenomen die een leuk beginnetje vormt en hem sowieso geen windeieren zullen opleveren, ondanks het feit dat de Spaanse eieren hem wel winderig maken. En hij wás er al niet zuinig mee…

Zowel Edward als Nora zijn, naar het zich laat aanzien, gelukkig en wonen op dit ogenblik in het appartement dat jij je nog wel zult herinneren. Precies, waar onze Duitse vriend Norbert woont. Van de famille Norbert woont alleen zijn partner Napoleon, het aapje, nog in het huis en die is nu dus de buurman van Edward en Nora! Norbert, alias Moped himself, is naar Afrika en loopt nu, als gids, te zweten in de Sahara achter toeristen aan, maar voor hetzelfde geld kan het ook net andersom zijn.
Ze wonen erg leuk. Natuurlijk zijn we al op visite geweest, iets wat Edward nog lang zal heugen, want na een vluchtige inspectie in zijn platencollectie werd deze door ons tot praktisch de helft teruggebracht en daarmee onze eigen collectie weer in zijn oorspronkelijke staat gebracht. Maar goed, behalve de kleptomanische neigingen van onze benjamin is het een fijne kerel, kortom, beiden zijn leuk en lekker zelfstandig. Ze redden het wel. Meer nieuws hoor je wel van Edward zelf.

Zoals je intussen wel vernomen zult hebben gaan óók wij verhuizen en krijgen een splinternieuw en lekker royaal huis vlak bij de stal. Dus geen zorgen voor eventuele vakantie plannen, voor zover je die al mocht hebben!

De kleine doerak van ons ziet er prima uit en laat je, vanuit zijn bed, hartelijk groeten. Ziet er bruin uit want het is hier, na die fikse orkaan, bloedheet geworden, maar ook gebleven.

Zo, dan ben ik nu langzamerhand met deze Hollandse brief uit Spanje aan het einde van mijn Latijn gekomen. Eigenlijk is er zoveel gebeurd de afgelopen tijd, dat het te veel zou worden voor één brief. Overigens, niets dan goed nieuws, hoor. De stal is verkocht, maar dat wist je natuurlijk al. Nee, al met al, mocht je ooit weer eens naar Tenerife komen dan zouden we je kennis kunnen laten maken met dingen waar je het bestaan niet eens van weet, grandioos!

Hoewel het in mijn bedoeling ligt om zaterdag weer een brief aan mama en papa te schrijven, vraag ik je toch om onze hartelijke groeten over te brengen.

Groet een ieder en veel en liefs van ons allen,

Je broer Rimsky

Hoofdstuk 46: Stal verkocht

La Oratava, 3 maart 1973

Lieve mama, papa en Ronald,

Zo, ik ga me ook weer eens wijden aan de schrijfkunst, vandaar dan ook weer eindelijk een brief van mij. Dat is lang geleden, hè?
Nu wil ik niet zeggen, mama, dat ik sinds november geen tijd meer gehad zou hebben, maar de laatste maanden zijn een zenuwslopende tijd voor ons geweest. En eigenlijk zit ik nu nog steeds in grote spanning.
De stal is nu officieus verkocht. Die zwei flockische Deutser Helmut und Heinz hebben de stal gekocht, dat wil zeggen ze hebben na een voorlopig contract en een vooruitbetaling het plan opgevat om er iets ‘echts’ van te maken. In ongeveer 2 weken hopen ze hier terug te zijn met de derde partner en de volledige koopsom en of we dan maar willen vertrekken. Het heeft echter nogal wat voeten in de aarde gehad totdat we zover waren.
Het was januari, geloof ik, toen er een groep uitrijden ging en ik met één van die jongens in gesprek kwam. Hij vroeg of het moeilijk was om op Tenerife een zaak te beginnen en vertelde voor de grap van plan te zijn om een concurrent van mij te worden, eveneens met een rijstal. Nou, u weet dat wij de paarden wilden verkopen en zodoende zei ik hem dat concurrentie volkomen overbodig was, omdat hij onze stal zo kon overnemen. Met alles er op en er aan, inclusief woonruimte. En daar had hij niet van terug.
Wat eerst een grapje bleek werd later ernst. Na zijn vertrek heb ik de hele gedachte hierover van mij afgegooid en niet meer aan die jongen gedacht. Ze zouden nog schrijven enz. enz. Enfin, u kent dat wel, veel stof, weinig wol.
Ik moet erbij zeggen, dat we na onze eerste correspondentie met de toch wel veel belangstellenden uit Holland praktisch niets meer hoorden en zodoende begon ik mijn hele interesse om de boel van de hand te doen te verliezen. Het ging leuk zo. ’s Morgens werken aan de paarden, ’s middags uitrijden en een beetje vrije tijd om rustig je huishouden te doen of gezellig te winkelen. Ik maakte zelfs plannen om ons huis uit te bouwen.
Vorige week ging ik uit rijden met 2 Nederlandse heren (vader en zoon) die belangstelling hadden in de stal en special daarvoor naar Tenerife gekomen waren. Veel gepraat, naar Don José, de eigenaar van onze woning en stal, weer veel praten, want ze wilden de gebouwen kopen en ik maar voor tolk spelen en elke dag kwamen ze terug om te praten, te eten en te drinken.
Tja, en toen kwamen ook die Duitsers weer terug en lieten er geen gras over groeien. Ook die kwamen elke dag praten, kijken, praten, eten en drinken totdat ze op een avond met die Hollanders in de bar van Pablo geconfronteerd werden. Nou, ik had de zenuwen, kon niet meer slapen, niet eten van de spanning en al dat gedoe en vooral veel gezeur.

Intussen waren Ed en Nora aangekomen en die lachten zich dood om dat gedoe. Nou, u hoorde van Rims dat de Hollanders steeds meer boden en die Duitsers waren verontwaardigd, maar dat maakte mij niets uit, want wie het eerst betaalde die kreeg de stal! Zo simpel was dat.
Die Hollanders gingen eerst naar huis om te overleggen met de rest van hun familie. Ik moest zo snel mogelijk informeren naar de aankoop of huur van een huis in dat nieuwe urbanisatiegebied naast ons bij die palmbomen, direct schrijven en dan zouden zij meteen terug telegraferen: ja of nee. Maar ik moet nog schrijven..!
Wel ging ik de volgende dag voor alle zekerheid voor informatie er heen, maar die Duitse jongens waren de avond ervoor nog komen praten en zeiden dat de koop zo goed als zeker was, dus kwam ik terug met een prachtig huurhuis voor ons zelf!
Vanuit het nieuwe huis kijk ik zo op onze (dan ex) stal. Pracht huis, alles er op en er aan. Grote tuin er om heen. Dezelfde avond kregen we een contract en handgeld voor onze neus en ze zouden die donderdag vertrekken. Ik blij, want ze zaten dag en nacht op m’n neus en ik begon me daaraan te ergeren. Het ergste was, dat ze ook het vliegtuig misten of wat dan ook en ik weer de zenuwen kreeg, want ik ben bepaald niet meer zo goed van vertrouwen en begon de reden te zoeken waarom ze verd... nog niet weg waren. Achteraf kwamen ze met een plausibele verklaring en alles was oké.
In al die tijd is het Rims en mij onmogelijk geweest te schrijven, want daarbij kwam nog andere drukte van onze Spaanse vriend Andrès die met zijn zwager en compagnon Domingo en zijn bedrijfsleider Horatio langskwamen omdat ze Edward z’n auto zouden spuiten en dan de hele avond beslag op je legden. Als we een avondje thuis waren lagen we al om 9.00 uur op bed, want er was veel slaap bij ingeschoten. En dan krijgen we straks nog de drukte met verhuizen en alles regelen. En dan daarna... rust... rust en nog eens rust... (hoop ik!)

Enfin, als ik mijn wantrouwen weg druk en ze komen inderdaad met de poet terug, dan heb ik mijn doel bereikt en kan ik me rustig gaan concentreren op de nieuwe job die Rims voor me in petto heeft. Ik heb me nu echter voorgenomen, en dat is nummer 1: mijn huishouden, de kleine en een wat regelmatiger en gezonder leven met Rims. Die boert lekker en dat vind ik machtig. Hij vindt het enig dat Edward er is en hij barst van de plannen.
Ed en Nora hebben het, geloof ik, ook enorm naar hun zin en ze zijn bijzonder enthousiast over alles wat ze meemaken hier. Ed is zijn studio in La Matanza al aan ’t opknappen en vanmiddag is Nora aan de was. Leuk die twee.

Ik heb gehoord dat jullie plannen hebben om in april hierheen te komen. Fantastisch. Maar van een appartement is geen sprake, hoor! Jullie komen natuurlijk bij ons logeren. Plaats en ruimte hebben wij nu (of straks) genoeg en aan comfort zal het u niet ontbreken.

De kleine wordt steeds erger. Wat een rasboef. We hebben niets meer te vertellen bij hem en als we het wagen is het van: ‘Moet je nou eens goed luisten...!’ Zijn rapport op school was weer beter: Spaans 6, rekenen 6, tekenen 6, gedrag 7, gymnastiek 7 en verzuim, o wee, 4x. Als ik dat rapport zie moet ik altijd lachen. Hij barst hier van de vriendjes en daarom ook ben ik blij dat we niet verder weg gaan wonen. Hij voetbalt op straat (goetbal zegt hij) en doet voor niemand onder, als het hem niet zint dan slaat hij erop los, liefst met een lange stok.
Onze hond Paquito is weer naar die mensen in de bergen. Die zijn we dus kwijt, beter zo, want in het nieuwe huis mogen we hem toch niet houden en als hij bij de stal blijft loopt hij ons steeds achterna!
De 15e gaan we verhuizen. Nader adres hoort u nog, want ik weet niet eens welk nummer het is.
Zo, dat was weer eens een bericht uit mijn hoek. Pap, mam, ontvang de meest hartelijke groeten en een dikke kus van mij en hopelijk tot ’n wat spoediger schrijfs.

Fieke